Je knijpt met je vingers in mijn kaken en trekt zo hard als je kan. Even begrijp ik de bedoeling niet maar daarna geef je me een zoen, recht op mijn mond. Een klakkende snotzoen. Als je me aanspreekt met “mama, wiedie kawaad madaake” en ik antwoord met “wiedie kawaad madaaké?” roep je superenthousiast en volledig begrepen terug “JAAAAA!” Inderdaad, wij verstaan elkaar. Soms breekt mijn hart in een triljoen stukken op de meest normale momenten. Als je ’s ochtends tegen me ligt om je melk te drinken en daarbij mijn hand zo danig manipuleert tot hij onder je pyjamatrui geraakt. Of als ik je gezichtje zie glunderen na een dag van jou gescheiden te zijn, dat totje, vermoeid maar content. Ja, ook bij de gedachte dat ik je steeds meer en meer ga moeten loslaten. Je vader en ik kunnen er soms niet over, hoe je ons leven hebt verandert, verrijkt. Onze mond kletst open als we merken dat je ineens linken legt die volgens ons voor je kleine kopje veel te complex zijn. En dan dat vettig lachje van je. . . “wehehahahehe”, je zou zo kunnen spookhuisbandjes inlachen. Ons kleine monster, een driftbui, een dansje waarbij je op je kont belandt, een beker water die je zonder reden ineens ondersteboven draait. Ik kan me niet meer inbeelden hoe het zonder jou was. Sinds je er bent is het hier ook allemaal ondersteboven.
Geniet van die momenten!