’t Is in de sjakosj!

Bij de zoektocht naar een extra portefeuille voor op het werk belandde ik in mijn “sjakosjenbak”.  Er was een tijd waarin ik regelmatig nieuwe handtassen kocht, de tijd dat er precies altijd geld over was.  Lang geleden.  Niet dat ik mezelf nu een nieuwe handtas moet ontzeggen, maar mijn smaak is er een beetje duurder op geworden wat de frequentie van de aankopen verlaagt.  Een portefeuille heb ik er niet in gevonden maar het werd wel even een trip down memory lane:

IMG_6545

De fluffy koekiemonstersjakosj.  Gekocht op het folkfestival in Dranouter, van in de tijd dat het nog FOLKfestival was.  Er kan enkel geld en een identiteitskaart (de vorige grotere versie) in die mond, niet dat ik het de laatste jaren nog geprobeerd heb, ik hou hem bij uit nostalgische redenen.

IMG_6548

De Belgische sjakosj.  Deze is al zo oud als de straat maar het aapje hangt er nog steeds aan.  Ze heet Nathalie.

IMG_6550

 

IMG_6549

Wederom Kipling.  De modellen en de bedrukking zijn niet meer van dezen tijd, maar ze zijn onverwoestbaar en je kunt ze wassen in de machine, iets wat voor handtassen echt wel een voordeel is.  Vooral de binnenkant kan wel al eens besmeurd geraken (denk aan: bananen zonder bananendoos).

IMG_6551

De ik-heb-goesting-in-Hawaï-sjakosj.  Ook Roxy is eerder een sportief merk, maar qua kwaliteit kan het in competitie gaan met Kipling, al zal Kipling nog steeds winnen denk ik. Ik gebruik nog steeds mijn Kipling-valies van toen ik die 12 jaar geleden wekelijks weg en weer sleurde naar mijn kot.  Toen waren het nog betere tijden, op kot.  Nu haal ik ze boven bij nachtdiensten.

IMG_6555

Deze eastpak-heuptas is zo jaren 2000.  Het ding hing elke zomer mee op citytrip en staat dus garant voor vakantie.  Gabriël Rios zette ooit zijn handtekening op de achterkant.  Direct honderden euro’s waard….phahah!

IMG_6553

De laatste jaren sleep ik vooral niet meer aan handtassen op evenementen.  Klein en compact is de boodschap op een festival, een optreden of een feestje waar ik nergens ga kunnen neerzitten.

IMG_6552

De so-not-me-handtas.  Wit, eigenaardige vorm en blinkend leer.  Maar ze kwam enkele keren handig in combinatie met een kleedje op een trouw of een receptie èn er kan heel veel in.  Mijn lief placeerde er al meerder keren zijn portefeuille, sleutels en gsm in.

IMG_6557

Centre Pompidou.  Gekocht in Athene voor 10 euro.  Menig sjakosjemakende medemens denkt nu “phuh, zoiets maak ik in een uurtje!”.

IMG_6558

De meest gebruikte van de hele hoop.  Al ben ik niet content van de kwaliteit van SkunkFunk.

IMG_6556

De trouwsjakosj.  Met een auberginekleurig trouwkleed kun je al eens een kleurtje in je handtas steken.  En veel envelopkes, hihi.

IMG_6544

De hele berg.  Veel lelijke goedkope brol.  Maar ik kan er niet van scheiden, een handtas waar nog niets aan is, dat mag je toch niet weggooien?

IMG_6560

De huidige handtas.  Ik kreeg ze vorig jaar van mijn mama voor mijn verjaardag en ik gebruik ze al het hele jaar.  Ik streef ernaar om maar één sjakosj “in de running” te hebben omdat ik anders teveel dingen vergeet bij het oversteken van al het materiaal.  Zo kan ik het mij bijvoorbeeld niet permitteren om de sleutels van mijn werk niet mee te hebben als ik om 6u15 alleen op dienst kom.

IMG_6559

Zo’n sjakosje-bekijk-uurtje kan al iets opleveren.  Wie niet voorzien is tijdens haar tijd van de maand, kom maar af, maandverbanden genoeg!

IMG_6542

En vijf euro!  Yey!  Kan ik lekker nog een pak maandverbanden mee gaan kopen!

 

I go dancing if you like!

wpid-img_20140426_134121.jpg

Ok, paaseieren vergeten in de wagen bij 21 graden buiten, het was één van mijn minder goeie moves de voorbije week.  Ik had ze al opgegeven, maar mijn schoonmoeder wist er wel raad mee, zoals ze met zoveel raad weet, ik kon er chocomousse mee maken.  Leek me een strak plan.  En haalbaar, want wat kan er fout lopen bij chocomousse?  Je kunt naar de winkel gaan om de andere ingrediënten: de room, de eieren en de bloemsuiker.  Je kunt thuiskomen en zien dat je enkel eieren en suiker meehebt.  Daarna kun je het hele chocomousse-idee opbergen en niets maken.  Dat kan er ongeveer fout lopen met een chocomousseplan.  Veel meer dan pretenderen dat ik chocomousse ging maken heb ik niet gedaan vandaag.  Het is tammigheid na het uitgaan van gisteren en te weinig te slapen na datzelfde uitgaan, ik voel me zelfs te miezerig om eventuele steken over “oud worden” te weerleggen, gewoon omdat het eigenlijk ook echt wel de leeftijd is.  Verloren zaterdagen noemen ze dat zeker?  Maar het was een fijne vrijdagavond, dus een dag verloren, een avond gewonnen.  Mèt een geweldig optreden van Garcia Goodbye, zeker checken deze band, ze spelen waarschijnlijk binnenkort wel eens ergens in je buurt:

 

En de zanger is Tommy, die niet wist wat een muzikaal pak was. Muziek kent hij echter wel.

En al de rest verzinkt vandaag helemaal in het niets.

wpid-dsc_1106.jpg

Het niets weegt vandaag 104 gram.

The more you suffer, the more it shows you really care!?

Je kunt mij moeilijk een muziekkenner noemen.  De radio staat hier altijd op, ik draai ook regelmatig nog een cd’tje als ik thuisben overdag.  Maar een kenner ben ik absoluut niet.  Studio Brussel houdt deze week hun jaren 90-week.  In navolging van MNM en Q-music?  Ik weet het niet, maar dat valt precies allemaal na elkaar die 90’s weken.  Niet dat het mij stoort, ik vind het de max.  In de jaren 90 had ik veel meer tijd en interesse voor muziek waardoor ik bijna ieder nummer dat ze spelen vanbuiten kan zingen.  Er was ook zoiets als “de teksten van je cd vanbuiten leren”.  Dan zaten we telkens met het cd-boekje in de hand te luisteren naar wat Kurt Cobain of Dexter Holland nu eigenlijk echt zong, ook al was het soms nog raden naar onderliggende boodschappen.  En als er dan een “hidden track” te vinden was, dan was de cd te cool voor woorden.  Deze cd’s heb ik grijsgedraaid in de jaren 90, op mijn kamertje met mijn radio-cd-cassettespeler van een merk dat ik niet meer ken:

skunk anansie

– Paranoid And Sunburnt – Skunk Anansie –

You killed me with your smelly fingers!  Skin heet ze, de dame met de veel te grote mond.  Of ze nog steeds skinhead is, dat weet ik niet, ik heb ze jammergenoeg nog nooit zien optreden.

bjork

– Post – Björk –

Deze CD bevatte een poster van de coverfoto.  Ik durfde hem niet op te hangen, bang om gaatjes te maken in de hoeken.  Ik zou eens moeten kijken of die poster nog steeds in die CD zit.

nirvana unplugged

– Unplugged In New York – Nirvana –

Toen Kurt Cobain zelfmoord pleegde 20 (!) jaar geleden was ik nog net iets te jong (11 jaar) om fan te zijn. Later leerde ik Nirvana beter kennen.  Hoewel ik de andere cd’s ook kon smaken bleef de unplugged cd mijn favoriet.  “Am I gonna do this, by my self?” wordt er gezegd op een gegeven moment.

 the cranberries

– No Need To Argue – The Cranberries –

Dit was later in mijn tienerjaren, sommigen noemden het “gemem”, ik vond het geweldig, melancholisch, passend bij een opgroeiende tiener.

the offspring

– Smash – Offspring –

 Ik zag The Offspring enkele jaren geleden op een festival en niet te schatten hoe energiek die mannen nog steeds op een podium staan.  “Come out and play!” En dan die geweldige baslijn: turururururururururum.

Op de terugweg van onze tweede date aan zee, legden Pieter en ik deze CD op.  Jeugdnostalgie voor beiden.  Mijn moeder noemde het steevast: TjingelTjengel.

Right? Yeah-heeaah-heaaah!!

 

 

 

 

Like sand through the hourglass, so are the days of our lives

Er werd een potje yoghurt weggegooid daarnet.  Was sinds de 8e februari over datum.  Ik moet eerlijkheidshalve altijd nadenken over welke datum we juist zijn.  Ik dacht dat we al de 15e ofzo waren.  Bleek het nog niet zo drastisch over tijd te zijn.  Ik had het moeten weten, Valentijnsdag is nog niet gepasseerd, silly me!  Euhh, Valen-wat? De dag dat onze (schoon)zus verjaart, meer is dat niet voor ons.  De dagen vliegen voorbij.  Dat sommige dagen gewoon aan mij voorbij gegaan zijn wijt ik aan de zware “feestdag” van vrijdag.  Ik stal een foto van iemand op het internet.  The happy couple:

wpid-IMG_15067280837950.jpeg

Mooi toch.  En zie dat haar.  Blij dat ik er niet bij moest zijn toen ze daarop zat te wachten!

Zaterdag verliep in een waas.  We pikten ons klein monster op dat meteen terug aan zijn middagdut mocht beginnen.  De moeder deed mee.  Ik moest me echt uit bed sleuren nadat ik anderhalf uur bijgeslapen had.  Ik ging zeker nog een uur blijven liggen.  Ken je dat, ik blijf altijd maar opnieuw in slaap vallen, ik droom verder mijn droom en in de droom zelf sta ik dan zogezegd op en blijken er allerlei eigenaardige dingen gebeurd te zijn.  Tot ik tijdens het dromen besef dat ik eigenlijk niet wakker ben en mezelf echt moet wakkerschudden.  Vreemd vreemd.

’s Avonds kwam Pieters’ petekindje/nichtje overnachten.  Altijd leuk als er een kindje komt slapen.  Zeker als het kind ouder is, goedgemanierd en die van ons alles achter doet.

IMG_5861

Op zaterdagavond in de zetel met een potje chips, meer moet dat niet zijn toch?

Zondag bleef tam.  Ik was nog steeds niet bekomen van vrijdag.   Wreed toch, zo lang moeten recupereren.  Ik steek het op de zona.

Maandag ging ik werken.  Jaja, ik werk ook nog, je zou het soms niet weten.  In de namiddag, die ik onverwacht vorige week vrij kreeg wegens omstandigheden, poetste ik.  Voor het eerst in enkele dagen was ik weer actief.  Het was te zien aan de kleur van het water.  Soms denk ik dan:”Oh was ik maar even daadkrachtig in mijn huishouden als in andere dingen.  Afspraken maken om koffie te gaan drinken, bloggen, sociale contacten onderhouden, daar blijk ik veel minder duwtjes in de rug voor te moeten krijgen”.  Even later denk ik dan alweer bij mezelf “naah, ik ben nu eenmaal zo, het kan er nu ook niet meer op verslechteren zeker?”  Als ik dan Miss Carrie haar voorraadkotje bekijk op haar blog dan lijkt het me zalig dat je niets aan de kant moet schuiven om aan iets anders te geraken.  Of dat je niets moet opvangen dat uit het rek dondert als je er nog iets tracht bij te proppen.

Vandaag bracht ik “Het pedagogisch project rond de sociaal-emotionele ontwikkeling” van Dosen naar een vriendin die het nodig had voor een sollicitatie.  Ze woont niet zo dichtbij maar kreeg in één jaar tijd twee baby’s wat mij officieel mobieler maakt dan haar.  Zeker omdat ik in de voormiddag geen peuter meer bij me heb.  Amaai, maar zo’n kleine baby van nog geen 3 kg daar is toch weinig pak aan. (Zo’n baby bevindt zich trouwens volgens het pedagogisch project in de adaptatiefase, interessant zeg).  Ik zou toch weer serieus moeten wennen moest er hier weer zo’n kleintje in huis komen.  Er zou ook een adaptatiefase zijn denk ik.

wpid-DSC_0989.jpg

Ik hield me (bijna) netjes aan de snelheid.  Maar 70 km per uur, 10 km aan een stuk, dat gaat traag vooruit zeg ik u.

en in mijn gedachten gaat het van “na na na na”

Hij zegt nooit veel, mijn osteopaat.  Ja, ik zeg “mijn”, als je voldoende gaat mag dat.  Als ik toekom wil hij me steeds een hand geven.  Hij maakt het echter een moeilijke opdracht, doordat ik linkshandig ben draag ik altijd mijn affairen (handtas, gsm, sleutels) in mijn rechterhand.  Ik moet dan altijd de hele boel van hand versteken alvorens ik die van hem kan schudden.  Waarom doet hij dat eigenlijk, zo een hand geven als je binnenkomt?  Dat gaat mij precies niet goed af.  De eerste keer deed hij het ook niet echt duidelijk.  Hij stak zijn hand uit, maar precies niet zoals je zou doen als je iemand een hand wil geven.  Hij hield hem zo dicht bij zich, als een gierige handenschudder.  Ik dacht de eerste keer dat hij mijn handtas wou aannemen, dat zorgde voor een awkward moment, want het is maar stom als je daar staat je handtas uit te steken terwijl hij eigenlijk gewoon mijn hand wilde schudden.  Hij heeft mij vandaag gefixed.  Ik hoef niet meer terug te gaan.  Mijn nachtrust is er alleszins ferm op verbeterd.  Ik kon mijn ogen niet geloven het voorbije weekend, de zaterdag had ik tot 7u45 geslapen.  Dat moet meer dan een jaar geleden zijn.  Het feit dat hij nooit veel vertelt zorgt eigenlijk nooit voor ongemakkelijke stiltes.  Ik hou wel van stilte.  Zeker als een vreemde man over je hangt om je bekkenspier los te krijgen.  Ik zeg niets, hij zegt niets. Tijdens die stiltes fixt hij mij.  En grolt mijn buik.  Door de radio in de wachtzaal schalt “Vlammetjes” van Guido Belcanto.  Ook dat maakt het niet ongemakkelijk.  Wij praten gewoon niet veel, de osteopaat en ik.

wpid-DSC_0900.jpg

Pieter De Osteopaat is mijn nieuwe held

Na enkele weken heb ik er genoeg van.  Rond 5u word ik wakker en ik kan me niet meer bewegen zonder pijn in mijn onderrug.  Ik kan me niet meer draaien of ik kan op geen enkele manier blijven stilliggen zonder stilletjes om mijn moeder te kreunen.  Eens ik opsta (in feite: oprol, want ik kan niet meer normaal uit mijn bed stappen, precies weer 9 maand zwanger) trekt de pijn na een half uurtje weg en is er niets meer aan de hand.  Het is al zover gekomen dat ik nu al twee weken dagelijks voor 6u ofwel brood heb gemaakt , de afwasmachine geledigd heb of zelfs wasjes heb gedraaid.  Nogmaals: meer van dat! zou je roepen.  Maar ik zou liever slapen, want de vermoeidheid begint door te wegen.  Ik ging enkele weken geleden ook naar de tandarts met kaakpijn ter hoogte van mijn oor.  Ze sprak van een getoucheerd kaakgewricht en stelde een superduur afbijtplaatje voor om ’s nachts te dragen om de druk op mijn kaakbeen te verlichten.  Een boksbeugel zeg maar.  Wreed sexy. “fhow fyou fdoing fhoney?”  Voorlopig hou ik de boot af, ik ga liever soldenshoppen met dat geld en zoveel tandpijn had ik nu ook weer niet.  Maar de rugklachten die steeds erger worden deden me terug stilstaan bij de pijnlijke kaak.  En boy was I right, oh so right!  “Kunt u eens vooroverbuigen?”  De compromitterende houdingen waren broodnodig om zijn vaststellingen te doen.  Hij voelde iets fout aan mijn bekken, en ging toen over tot “ga maar eens liggen”.  Pieter De Osteopaat speurde langs mijn hals naar een plekje, pijnigde mij door er keihard op te duwen “’t is hier waarschijnlijk, dat doet pijn vermoed ik?” Ik beet bijna zijn hand af als reactie.  Even later gaf hij een ruk aan mijn nek en de hele boel kraakte.  Er zat een schakel in mijn bekken vast doordat ik onbewust teveel mijn stoutekaakkant ontzie en zo teveel het andere deel van mijn lichaam belast wat dan weer de pijn aan mijn rug veroorzaakt.  Dus de tandpijn was ferm verminderd maar pijn kruipt blijkbaar toch elders als je denkt dat je het te snel af bent.  Enkele kraakbeurten met voldoende zweet en gekajiet (ik overdrive soms wel eens) later stond ik buiten.  Binnen twee sessies zou het euvel moeten verholpen zijn en kan ik hopelijk weer slapen als een roosje.  Want daar was ik zo goed in.  In slapen als roosjes.

Louis Neefs zong het ook al in den tijd…o-oh ik heb zorgen

Als 31-er voel ik me soms zoals het vlees tussen de sandwich.  Ik ga om met mensen die 20-something zijn en tegelijk met 40- en 50’ers die kinderen hebben die 20-ers zijn.  Daar tussenin zitten geeft me soms een dubbel beeld, de idee die ouders over hun kinderen hebben en het feit dat ik mij nog goed herinner hoe het als tiener was.  Ik hoorde mijn buurvrouw zaterdag zeggen “van je eigen kinderen denk je altijd dat ze niet groeien” Ik hoor oudere vrienden hun ongerustheid uiten over hun tieners “gaan ze wel voorzichtig zijn?” “ze gaan toch niet aan de drugs geraken?” dan geef ik dikwijls als antwoord “maar ze zijn 17 jaar, ze kunnen gerust zelf al inschatten hoe gevaarlijk iets is” In onze jeugd konden wij zelf ook inschatten welk pad we gingen nemen.  Liepen we mee met degenen die er een zootje van maakten of deden we ons eigen ding en probeerden we zo nog enigszins cool te zijn, al was het maar door je haar eens fluorood te kleuren.  We waren gerust in staat om eigen keuzes te maken.  Als ouder van een klein kindje zorg je, eens ze pubers worden maak je je zorgen.  Ik ben van het gedacht dat je jongeren grenzen moet bieden, hen die laten aftasten en hen laten tegen de muur lopen.  Dat dat juist een leerproces op zich is waarbij je soms lijdzaam moet toekijken (met je handen voor je ogen, piepend door je vingers en met een scheve lip).  Ik vermoed dat de huidige 17-jarigen ook zelf kunnen uitmaken wat goed en slecht is.  Toch diegenen die enigszins een opvoeding genoten hebben waarin duidelijk werd aangetoond wat kan en niet kan.  Maar nu is het allemaal gemakkelijk scanderen, als het niet over je eigen kinderen gaat!  Het is voor ons nog niet aan de orde.  Ik hoor diezelfde oudere vrienden zeggen “kleine kinderen, kleine zorgen, grote kinderen grote zorgen, dat is een cliché dat altijd meer en meer wordt bevestigd”.  Ik heb nu inderdaad heel gemakkelijk praten, TOTDAT ik zelf een 17-jarige zal hebben.  Ik ga juust van de gelijke zijn als onze vrienden nu zijn.  Ik ga juist dezelfde vragen stellen en dezelfde ongerustheden uiten.  “Hij zal toch niet meelopen met de margi’s?” “Zouden we hem wel met de fiets laten gaan?” “Ruikt hij nu naar wiet of is dat mijn gedacht?” “Oh nee, dàt is toch niet zijn lief hé?”  Man, dat lief zal grote ogen moeten kunnen verdragen, daar zou ik een blogpost op zichzelf over kunnen schrijven.  Ik kan me die ongerustheden van mensen maar al te goed inbeelden.  Gelukkig ga ik, tegen dat het zover is, al via hologrammen kunnen checken wat die puber van mij aan het doen is.

moms

 

voorlopig ben ik vooral blij dat die van mij nog een  peuter is

The Bad Touche

Ladiesnight.  Zo’n avond waarop je je nieuwe botten aandoet en anticonceptiemiddelen met elkaar worden vergeleken.  Er worden  uitspraken gedaan als “mannen zijn zo kleinzerig” en de liefde voor De Action wordt onbeschaamd gedeeld door om ter meest batjes op te sommen (een dekbedovertrek voor 12 euro!  Gow zeg!).  Na een smulpartij in een tapasrestaurant doe je het meest foute wat je ooit kan doen op een wijvenuitje.  Je gaat naar “een danscafé dat je niet kent maar waar je iemand achter de toog kent”.  Tot we daar binnengingen.  Gelukkig stonden we op de guest list (danku Birger), want we bleken in een discotheek te zijn.  Eerlijkheid gebiedt me dat ik nog nooit in een discotheek ben geweest.  Ik was meer een fuif/optreden/café-ganger waardoor discotheken in mijn jongvolwassenheid volledig aan mij zijn voorbij gegaan.  Ik hoorde danscafé en verwachtte iets genre Decadance.  Maar één blik op de zaal was al voldoende om te zien dat “geen toegang onder de 25 jaar” er echt wel serieus werd nageleefd.  We waren de jongsten.  Zeker van.  Op de dansvloer stonden een tiental durvers hun beste party-moves te tonen en we werden van kop tot teen gekeurd door menig mannenvolk.  Ons nu en dan inhoudend van het lachen keken we verbijsterd in het rond.  Ik moest me inhouden om niet te filmen.  Waren we juist in So You Think You Can Dance editie Costa Del Sol beland?  We werden er omringd door eenzaten, het merendeel van de mensen die er kwamen waren er op hun ééntje.  Ze stonden aan de rand van de dansvloer en keken in het rond.  We waren in een vrijgezellendiscotheek, er was maar één koppel te bespeuren en dat had zich er vast en zeker enkele uren daarvoor op diezelfde plaats gevormd.  Mijn vriendin S. had touche, want toen Robbie Williams zijn Angels uitstuurde werd ze ten dans gevraagd door haar vader.  Of toch iemand die haar vader kon geweest zijn.  Ik verwed er graag 50 euro om dat hij een pruik droeg.  Hey, can’t blame ‘em for trying, ze doen het toch maar.   Zichzelf bloot geven, op je ééntje naar zo’n discotheek gaan lijkt me helemaal niet zo evident.  Vriendin S.  had daarna nog zeker drie keer “keure”, wij stonden erbij voor spek en bonen, geen enkele boekhouder met terugwijkende haarlijn kwam ons aanspreken.  We voelden ons weer 16 jaar, tijdens een fuif genegeerd bij de slows, vluchtend in ons pakje sigaretten, hopend dat de dansmuziek vlug weer herbegint (in die tijd konden we ook niet achteloos smartphonen om zo’n momenten te overbruggen).  Na enkele uren loeren en de herwonnen boenkeboenke incasseren was het voor ons genoeg.  Kinderen kennen namelijk geen regel die zegt “hoe later  erin ’s avonds, hoe later je de dag erna opstaat”.   We zijn nu eenmaal geen vrijgezellen op zoek naar een vlam en face it, ik ging er geen gevonden hebben.