Als 31-er voel ik me soms zoals het vlees tussen de sandwich.  Ik ga om met mensen die 20-something zijn en tegelijk met 40- en 50’ers die kinderen hebben die 20-ers zijn.  Daar tussenin zitten geeft me soms een dubbel beeld, de idee die ouders over hun kinderen hebben en het feit dat ik mij nog goed herinner hoe het als tiener was.  Ik hoorde mijn buurvrouw zaterdag zeggen “van je eigen kinderen denk je altijd dat ze niet groeien” Ik hoor oudere vrienden hun ongerustheid uiten over hun tieners “gaan ze wel voorzichtig zijn?” “ze gaan toch niet aan de drugs geraken?” dan geef ik dikwijls als antwoord “maar ze zijn 17 jaar, ze kunnen gerust zelf al inschatten hoe gevaarlijk iets is” In onze jeugd konden wij zelf ook inschatten welk pad we gingen nemen.  Liepen we mee met degenen die er een zootje van maakten of deden we ons eigen ding en probeerden we zo nog enigszins cool te zijn, al was het maar door je haar eens fluorood te kleuren.  We waren gerust in staat om eigen keuzes te maken.  Als ouder van een klein kindje zorg je, eens ze pubers worden maak je je zorgen.  Ik ben van het gedacht dat je jongeren grenzen moet bieden, hen die laten aftasten en hen laten tegen de muur lopen.  Dat dat juist een leerproces op zich is waarbij je soms lijdzaam moet toekijken (met je handen voor je ogen, piepend door je vingers en met een scheve lip).  Ik vermoed dat de huidige 17-jarigen ook zelf kunnen uitmaken wat goed en slecht is.  Toch diegenen die enigszins een opvoeding genoten hebben waarin duidelijk werd aangetoond wat kan en niet kan.  Maar nu is het allemaal gemakkelijk scanderen, als het niet over je eigen kinderen gaat!  Het is voor ons nog niet aan de orde.  Ik hoor diezelfde oudere vrienden zeggen “kleine kinderen, kleine zorgen, grote kinderen grote zorgen, dat is een cliché dat altijd meer en meer wordt bevestigd”.  Ik heb nu inderdaad heel gemakkelijk praten, TOTDAT ik zelf een 17-jarige zal hebben.  Ik ga juust van de gelijke zijn als onze vrienden nu zijn.  Ik ga juist dezelfde vragen stellen en dezelfde ongerustheden uiten.  “Hij zal toch niet meelopen met de margi’s?” “Zouden we hem wel met de fiets laten gaan?” “Ruikt hij nu naar wiet of is dat mijn gedacht?” “Oh nee, dàt is toch niet zijn lief hé?”  Man, dat lief zal grote ogen moeten kunnen verdragen, daar zou ik een blogpost op zichzelf over kunnen schrijven.  Ik kan me die ongerustheden van mensen maar al te goed inbeelden.  Gelukkig ga ik, tegen dat het zover is, al via hologrammen kunnen checken wat die puber van mij aan het doen is.

moms

 

voorlopig ben ik vooral blij dat die van mij nog een  peuter is

6 reacties

  1. Wij zitten in de fase waar onze kinderen al een eigen dak boven hun hoofd hebben. Ze hebben ook hun apenjaren meegemaakt met alle miserie vandien :), maar die probleempjes hebben hen gemaakt wie ze vandaag zijn, en daar mogen ze trots op zijn.

  2. Wij hoorden onlangs van een koppel dat zij de grenzen altijd iets strenger maakten dan ze eigenlijk bedoelden zodat als hun kinderen dan over die grenzen gingen het altijd nog binnen hun marge was. ‘k Vond dat wel een leuk idee, ééntje om te onthouden

  3. Ik durf me een ervaringsdeskundige te noemen, voor zover je dat ooit wordt. Wel is het zo dat je nog zoveel opvoedingsboeken mag lezen als je wil, die helpen je geen steek vooruit. Ik zie nu dat we onze kinderen de juiste waarden hebben meegegeven, maar zou aan het begin van de rit niet geweten hebben hoe je dat doet. Gewoon doen wat je buikgevoel en verstand je ingeeft. En af en toe zuchten, slikken en zwijgen 😉

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s