Page 4 of 5

Het onhandige kotsende meisje

Er zijn zo van die dingen die evident geworden zijn in de laatste jaren.  Ik laat materiaal vallen.  Ik mors met dingen.  Ik stoot me ergens tegenaan.  Dat is standaard dagelijkse kost bij mij.  Het helpt als je je erbij neerlegt, best niet letterlijk want scherven brengen misschien geluk, je wil ze niet bepaald vereeuwigen in je kaakbeen.  Maar de laatste tijd komt er al eens iets nieuw bij.  Zo heb ik het laatste jaar meer en meer last van autoziekte.  Wreed elegant is dat nu niet bepaald, en dat naast mijn aangeboren lompheid, ik maak het niet meer goed met een stel hakken. De eerste keer dat ik dit reisongemak voorhad kwam ik lijkbleek toe bij onze afspraak en na een blikje cola en net niet op het vloerkleed kotsen, ging het voorbij.  Daarna is het heel lang niet meer voorgevallen.  Maar recentelijk komt het soms wel eens op als ik als passagier meerijd en niet weet waar de locatie zich juist bevindt.  Vreemd genoeg, als mijn chauffeur het ook niet weet dan word ik niet wagenziek, maar als de chauffeur (de immer beklaagde Pieter dus meestal) het wel weet zijn en dus vlotjes doorrijdt dan heb ik het soms zweten.  Letterlijk.  Onvoorspelbare bochten, en telkens in mezelf denkend dat we er bijna zijn terwijl het zo nog niet is, dan kan het wel eens prijs zijn.  Mijn maag begint te keren en ik zucht gelijk een bomma die een kwartier te vroeg op haar bus staat te wachten.  Mijn concentratie gaat er ook helemaal op achteruit en alles wat in die misselijkheid wordt gezegd is verloren info.  Gemakkelijk om uw foutjes achteraf in af te schuiven.  “Had jij mij dat gezegd?  Ik weet van niets.. . .Oh, maar ik was waarschijnlijk wagenziek toen, je weet dat je me dan geen belangrijke info moet geven.”  Daarna ga ik nog eens ostentatief een braakneigingske onderdrukken en wat zweet van mijn voorhoofd vegen.  Quite the actress me.

Dirty mutant slow turtles

Er verscheen net een schildpad in het nieuwsoverzicht van facebook.  Juk.  Van schildpadden krijg ik een draaierig gevoel in mijn maag.  Schildpadden en nekhaar bij mannen.  “Maar de vorige keer waren het nog cavia’s” zal de aandachtige volger opmerken.  Inderdaad, maar van cavia’s draait mijn maag niet.  Cavia’s zijn gewoon kakdieren die ze moeten laten uitsterven onder het motto “nutteloos voor de dierenwereld”.  Maar schildpadden.  Met hun vies slijm, hun kromme poten en hun venijnige kop.  Naar het schijnt bijten die ook als ze zich bedreigd voelen.  Dat er maar nooit een schildpad komt happen of hij belandt onder mijn schoenzool.  De zool van mijn vuile schoenen uiteraard, ik maak er geen botje aan vuil aan die vieze beesten.  “en wat ga je doen als je zoon later om een schildpad of een cavia komt vragen?”  No son of mine will vraag me for a cavia!  *vinger in de lucht*strengeblik* I take care of that wi moat!

Teveel met mijn bouwvakkersspleet bloot gelopen…

Een monster baant zich een weg omhoog in mijn longen, kloppend op elke flank, hoe meer ik hoest, hoe harder hij klopt.  Mijn hele binnenwerk doet pijn als ik een hoest-attackske krijg.  Daarna moet ik even bekomen en mijn evenwicht terug zoeken want ik word er zowaar duizelig van.  In de tijd tussen het hoesten gaat het goed.  Ik ging op bezoek bij een andere dokter (geen huis, geen huisarts).  Een kijkje in mijn keelholte met zo’n creepy houten stokje, eens voelen aan mijn klieren en eens luisteren naar mijn longen.  Ik kreeg een doos antibiotica, een cortisonepuffer en medicatie om mijn longen open te zetten.  Dat allemaal na een onderzoek van nog geen 2 minuten.  Ik dacht dat de tijd van met de losse pols antibiotica (en cortisone!) voorschrijven voorbij was.  Ook kon zij mijn medisch dossier niet inkijken (anno 2013) en dus niet opzoeken op welke antibiotica ik enkele jaren geleden een allergische reactie deed.  Dat was die keer dat ik in allerijl terugbelde naar de huisarts omdat mijn vel één grote rode vlek werd en we met zijn tweeën tegelijkertijd moesten krabben om de jeuk te bestrijden.  Pieter krabde mijn rug en ik nam mijn onderbenen onder de nagels.  Dat was tof.  Ik wil nog.  Dus ik loop een beetje loom van de pillen en ik hoop dat ik niet de jeukantibiotica heb gekregen want ik heb mijn nagels afgebeten deze week.  Bad habits, gotta love ‘em. . .

RE: uitschrijving

“Beste klant, 

We hebben uw e-mail goed ontvangen en stellen alles in het werk om u binnen de 24 uur een antwoord te bezorgen (weekend en feestdagen niet meegerekend). 

Ook indien wij meer tijd nodig hebben om bijkomende opzoekingen te doen sturen wij u een bericht. In dit geval ontvangt u binnen 8 dagen (weekend en feestdagen niet meegerekend) een definitief antwoord van ons. 

Met vriendelijke groeten,”

 

Zo’n antwoord.  En dat voor een online aanvraag om ons van de postlijst van 3 Suisses te halen.  Hoeveel mensen moeten hiervoor in het werk gesteld worden misschien?  Ik vraag me af of dit in de volgende mail zal staan:

 

“Beste klant,

Jean-Louis die normaal voor de mailing lijst van de post kijkt, die is ziek.  Dus An ging het van hem overnemen.  Ze was het echter niet zeker of ze dat wel mocht doen van hem.  Dus ze heeft naar zijn huis gebeld, maar Jean-Louis was er niet mee gediend aangezien hij net had overgegeven omdat hij de plaag heeft.  Hij snakte naar haar dat ze hem niet moest storen, dat hij slingerziek was.  Dus legde ze vlug de telefoon in en probeerde ze haar plan te trekken.  Ze vroeg het aan Francois die naast Jean-Louis op de bureau zit.  “Mag ik die mensen hier van die postlijst schrappen?”  Francois stak zijn handen in de lucht en trok zijn wenkbrauwen op “Tjah. . . zo’n dingen. . . dat moet je niet aan mij vragen, ik behandel enkel de internet-affaires, niet de affaires met de post.”  An werd er een beetje gedemotiveerd van.  Subiet haalde ze die mensen hier van de mailing lijst van 3 Suisses terwijl ze niet zeker wist of het wel mocht.  Bij deze, An weet niet of het mag, ze zal het vragen aan Jean-Louis als hij terugkomt uit ziekteverlof, hopelijk heeft hij al gedaan met overgeven want ze is van plan om binnenkort haar nieuwe outfit eens aan te trekken.  Dus als we dan nog meer tijd nodig hebben voor de bijkomende opzoekingen zult u een nieuw bericht ontvangen. (weekend en feestdagen niet meegerekend want dan zitten we in onze luie zetel of zijn we ziek van uit te gaan).

Met vriendelijke groeten,

 

(Het moet er zeker bij vermeld worden dat de inspiratiebron Kangoeroecorrespondentie is (zie linksboven))

Lach maar, keihard, het mag. De Gossip-editie

Dat het terecht was.  Dat is het enige wat ik op onze uitlachers van vandaag kan zeggen.  Het is ook belachelijk wat we vrijdagavond uitgestoken hebben.

In het scenario: wij.  Aka Pieter en ik.

De setting: de wagen.

De locatie: Antwerpen, meerbepaald…de file naar Antwerpen.  De eeuwig durende, ellenlange, tergend traag doorrijdende file.  De laat-mij-uit-de-auto-ik-ga-in-het-kanaal-springen-veel-te-saaie-file.

Het doel: bij Beth Ditto geraken in de Lotto Arena voor een hevige roddel

De situatie: Elke tien minuten dat we ons langer en langer in de ellenlange file bevonden begon mijn humeur van 10 boven het vriespunt te zakken tot 2232 onder nul.  Hoe langer we op de nummerplaat van onze voorganger zaten te staren, hoe meer ik in mezelf dacht “kill me, now, please do it”.  Ik begon nog net niet met mijn voorhoofd op het dashboard te bonken maar ik was net die optie aan het overwegen, tot mijn lieftallige echtgenoot na anderhalf uur file spottend zei:”Ik heb goesting om mijn kar te draaien.  Gaan we naar huis?” Dat klonk zo bevrijdend!   Het was alsof je tegen een kleuter vroeg “gaan we naar Plopsaland in plaats van naar school?” Het was zo leuk om dat te horen dat ik tot zijn verbazing antwoordde “Ja, we gaan naar huis, ik zie het niet meer zitten.  Rij maar af en we keren terug!”  En zo geschiedde het.  Twee uur onderweg van Kortrijk naar Antwerpen om dan in Antwerpen zelf onze kar te draaien en Gossip te laten stoven in hun vet.  En content dat we waren dat we thuis waren.  En slapen dat wij gedaan hebben.  ‘t Was echt leuk vrijdagavond.

Het gevolg: om onszelf af te straffen voor onze veel te dure uitstap gaan we de komende periode niet meer naar optredens (behalve naar Werchter).

Derover hé.

lach maar, keihard, het mag

Ik dacht nog bij mezelf de laatste weken “er komen precies zo weinig rekeningen binnen”.  Jinxed it!  Net een halve maandwedde overgeschreven…

 Ik had het weer in mijn kop daarnet.  Nadat ik gisteren in De Kruitfabriek geRihannad werd, moest ik vanmorgen surfen naar “We Found Love”. Repeat, repeat, repeat!  Geweldige dansplaat volgens mij. Repeat nog een keer!  Nu, ik moest toch nog naar de bibliotheek vandaag om nog maar eens een bibliotheekboete te betalen dus eerst eens vlug Ieper-stad in…misschien stond die cd wel in promotie in Free Record Shop.  Alles ging goed, zelfs een parkeerplaatsje dichtbij want ik had niet de indruk dat het wreed warm was.  Tot ik uit de auto stapte.   “Niet wreed warm” bleek een understatement. Een ijskoude wind sloeg mij in het gezicht, in één keer ging al mijn haar de lucht in en zag ik totaal niets meer voor 10 seconden.  Aan de parkeerautomaat bleek ik enkel 2eurostukken en een berg rostjes bij me te hebben.  Gelukkig aanvaardde het ding 5centstukken en ik had 14 minuten om mijn ding te doen.  Tijdens het terugstappen van de automaat vloog er nog patat een esdoornblad in mijn gezicht, ik schrok me een accident.  Ik vermoed dat het een hilarisch zicht moet geweest zijn, een vrouw in de lucht zien springen door een blaadje dat van een boom waait.  Mijn schuldgevoel negerend haalde ik de mustiekat uit de warme auto, hij was inderdaad niet te content maar na enkele hobbelkasseien vond hij het al minder erg.  Met mijn hair in de wair (en misschien de afdruk van een esdoornblad op mijn snoet…Hey, I just love Canada ) toegekomen in Free Record Shop bleek mijn gedachtegang juist geweest.  Alles van Rihanna stond in promotie, alsook de nieuwe cd.  You can call me housebjète now.  ( = huisbiet?).  Daarna zo rap of tellen terug door het ijskoude Ieper naar de wagen terwijl ik tegelijkertijd besliste dat de bibliotheek toch maar voor morgen zal zijn….een beetje beschamend, ik doe 16 km voor een paar cd’s…van Rihanna dan nog. (ik moet zelf lachen als ik hier herlees!)

The Gods Must Be Crazy!

Het moest er toch even afgewerkt worden. Al die indrukken, die nieuwe informatie. Deze keer ging ik niet gaan lopen maar nam ik trekker en dweil bijgot! Stel je voor dat ik dat telkens zou doen als mijn hoofd vol zit. In plaats van naar nulbraintelevisie te kijken of gewoon stil in de zetel voor mij uit te staren met mijn duimnagel in mijn mond, het zou hier nogal blinken. Anyway, het is mijn lucky periode dacht ik daarnet nog. Vorig weekend een etentje gewonnen, en dat terwijl we net een diner binnen hadden. Vandaag had ik ook bereveel geluk. Na het winkelen trok ik demonstratief mijn koffer open maar de comisjeszak was blijkbaar omgerold in de koffer. Dat resulteerde in een geweldig spannend tafereel waarbij de inhoud van de zak al naar buitenrolde toen de koffer nog maar 20 cm open was. Ik zag het gebeuren en duwde de koffer vliegensvlug weer toe, recht op een uitgelaten doos appelsap uiteraard. De lucky kant van het verhaal: een glazen pot tomatensaus die kon ontsnappen rolde over het trottoir maar bleef intact, alsook de geplette doos appelsap. Ik –als ongelovige- weet niet welke goden ik moet bedanken omdat die doos niet openspetterde in onze koffer. Dubbel geluk dus. Tien minuutjes later was de lucky week blijkbaar voorbij, want er viel een glazen pot sla-kruiden uit de kast waardoor ik mijn vers gekuiste keuken alweer mocht vegen, kruiden en glas, geweldig lekker geurend door elkaar. Alles terug normaal en gezellig rommelig dus!

maar een ontwapenende glimlach doet alle plekken vervagen hé

Ze zeggen dat onze zoon op Pieter gelijkt.  “Oh amaai zeg, hij heeft heel den kijk van zijn papa hé?”  Ze hebben gelijk.  Ik doe daar niet moeilijk over, hij gelijkt op Pieter.  Pieter is dan ook zijn vader, zo vader zo zoon?  Maar als je dichterbij kijkt kun je toch een uiterlijk kenmerk van mij in hem terugvinden: er is altijd wel ergens een blauwe plek op hem te bespeuren.  Ik steek het op genetisch bepaalde lompheid.  Wie reeds een glas rode wijn van mij op zijn schoot kreeg of me bezig zag restjes dame blanche uit mijn haar spoelen zal me zeker niet tegenspreken.  Nu hij zich onder de wandelaars tracht te begeven wordt de aangeboren lompheid meer en meer duidelijk.  Hij blijft zijn hoofd stoten tegen elke mogelijke stootbare plek, hij slaagt er ook altijd in om blauwe plekken op de meest onmogelijke plaatsen te krijgen.  Zoals op de onderkant van zijn kaak of te kluffe op zijn voorhoofd.  Zelf ben ik nu ook niet bepaald kandidaat om punten te scoren in de Miss Elegantie-verkiezing.  Witte kleren, te hoge hakken of delicate stofkes laat ik preventief links hangen.  Ik merk, laten we die hakken even buiten beschouwing laten, dat ik die lijn ook best doortrek naar mijn zoon.  Als je die van mij ergens tussen zoekt, het is dendien met chocoplekken op zijn mouwen of koekemul aan zijn mondje.  Deze middag mocht ik nog een stukje sinaasappel van zijn voorhoofd prutsen…  Sommige kinderen zien er steeds uit alsof ze vers uit de wasmand komen, die van mij ziet er na een half uur verse kleertjes al uit alsof hij al 4 dagen hetzelfde draagt.  (en neen, het is niet zo, bad housewife of niet, kleren wassen doe ik wel degelijk!).

Het verTand komt met de jaren

Toch een vreemde gewaarwording, zo’n tand die afbreekt in je mond.  Ineens voelde ik, na een verkeerde beet, een hard gekraak en meteen daarna korrelden er stukjes tand tussen mijn lippen.  Creepy, gelukkig gaat het over een terugkerende droom die zo danig levensecht is, ik zou het nooit willen meemaken,  zo’n vies gevoel!  Het gebeurt ook nooit dat ik in de spiegel kijk in mijn droom dus ik zag nog nooit een half-afgebrokkelde tandenmond.  Volgens de droomexperts op google.be kunnen kapotte droomtanden wijzen op allerhande zaken die onderhuids spelen.  In feite zou zo’n droom te wijten zijn aan elke situatie die zich in je leven voordoet.  Dromen over tanden?  Je bent onzeker.  Dromen over tanden uitspuwen?  Je maakt je zorgen over geld.  Dromen over gebroken tanden?  Een stukgelopen relatie.  Ja zo kan ik ook droomexpert worden.  Zou dat goed betalen?  En ik heb deze week ook over mijn schoonvader gedroomd, die was DJ op een feestje waar we aanwezig waren en ineens moest hij zijn DJ-set onderbreken om zijn telefoon op te nemen.  En dat tijdens Insomnia van Faithless!  Schande Roger!  Schande!  (de droomexperts konden geen trefwoorden vinden onder “schoonvader” dus de uitleg moet ik schuldig blijven….)

 

 

bedwentelen en keukenrollen

Een noenetukje drong zich op.  Het was nodig, met een snotkop bij mijn wederhelft en een pijnlijke keel bij mij.  Tel daarbij dat onze zoon deze nacht om 4u30 weer een verhaaltje van een uur lang begon te vertellen en de moeheid was niet ver te zoeken.  En wij maar klagen van een beetje keelpijn, weinig slaap of een neus die niet mee wil.  Als ik in mijn zoon zijn mond kijk krijg ik pijn in zijn plaats.  Twee kolossen boren zich een weg door zijn tandvlees dat rood tekent van de druk.  Auch!  Vreselijk moet het zijn!  Toch is vertellen het enige dat hij doet ’s nachts.  Enthousiast vertellen over de nieuwe kauwers in zijn mond.  “Wiediewawawa Ilja, Mama, Ilja, Papa, wiedauw” en om het verhaal nog kracht bij te sturen gaat het dan iets luider “kataw, betoeng, pwiet”.  Het viel deze middag echter niet mee om de slaap te vatten.  Zeker niet nadat we een eerste offerte voor een keuken lieten maken deze morgen.  Keukenkastjes, kookplaten en tafelpoten, ze dansten hun eigen verhaal in mijn hoofd.  In de toonzaal wou ik zo’n befaamde “deur-emmer” waar de keukenmeneer vol lof over sprak wel eens van dicht bekijken.  Ik had geen idee wat hij bedoelde, tot we bij een oven merkten hoe goed zo’n deur wel remt alvorens te sluiten.  Smijt maar op het hoopje van de domme trekken.  De keukenbeslissingen vielen vlot en standvastig.  I was on a kitchenroll! “Dat wil ik niet, dat wil ik wel, dat vind ik lelijk, dat is afgrijselijk, dat vind ik onhandig, dat is machtig, zo moet het zeker, het moet dat merk zijn, zo’n type, patatie patata”.  Vreemd genoeg heb ik weinig getwijfeld.  Misschien is drie keer verhuizen (vier keer als je de volgende keer meetelt) eindelijk wel eens een voordeel, al is het maar om te weten welke keuken nu praktisch is en welke niet.  Toch ga ik zeker nog fouten gemaakt hebben, maar ik heb nog voldoende noenetukjes om verder na te dromen en de deur-emmers te ledigen.