Page 7 of 7

intergalactic planetary

“Bewijs dat je geen robot bent”. Maar als ik dan zo’n woordverificatie moet overtikken staar ik me blind op de lettercombinaties. Ben ik dan wel een robot misschien? Ik moet altijd 2 tot 3 keer herproberen tot ik het juist heb. Error Error. Ik wil gerust iets anders doen om te tonen dat ik geen robot ben, een karrewiel draaien of een handenstand doen ofzo. Hoewel ik de laatste dagen wel een paar trekjes van een robot heb. Men geeft mij informatie, ik tracht ze in mijn hoofd te filen. Ik shut mezelf down in de zetel en beveel mezelf om te slapen en na 10 minuten tuimel ik al in het land waar de realiteit en de fictie met elkaar verweven geraken. Er gebeurt ook van tijd eens iets op autocontrol, soms bedenk ik me dat ik de afwasmachine nog moet ledigen en blijkt dat ik dat twee uur eerder al gedaan heb. Het raast nogal eens in mijn harde schijf de laatste tijd. Mijn kop maakt misschien wel zo’n irritant geluid zoals een computer die aan het updaten is. Kkkrrrrr kkkkrrrr kkrrrrr. Ik denk altijd “oh een een kind combineren met een job, dat lijkt makkelijker dan ik voordien dacht”. Dat vind ik nog steeds zo. Maar ik vergeet soms wel eens dat ik veel avonden om 21u30 al in bed lig omdat ik anders een 11-urendienst niet zonder geeuwen doorkom de dag nadien. Of dat de middagdutjes op vrije dagen meer regel dan uitzondering zijn de laatste weken. Dan zijn de mensen verwonderd dat ik keihard met mijn handen wuif als ze over een tweede kindje beginnen. Het is goed nu. We kunnen vlotjes opstarten, nu en dan eens rebooten en als we willen shutdownen dan kunnen we onszelf al in het stopcontact steken rond 20u30 ongeveer om te chargen.

over blonde suiker en bronzen uilen

We smulden overheerlijke ovenkoeken op het werk deze week.  Ovenkoeken worden precies steeds vergeten hier thuis.  Ze worden jammergenoeg genegeerd in onze menukeuze.  Nochtans zijn die bebloemde schijven echt berelekker, we moeten ons echt meer op ovenkoeken gaan concentreren.  Met potsuiker uiteraard.  Al weet mijn echtgenoot niet wat ik met potsuiker bedoel.  Als westhoekse zeg ik potsuiker tegen wat in zijn ogen bruine suiker heet.  Ik zeg bruine suiker tegen wat hij kandijsuiker noemt.  In feite is potsuiker blonde suiker.  En zo gaat het taalspelletje door bij ons.  Maar één ding blijft voor elke Belg gelijk: op de verpakking van de potsuiker staat al jaren hetzelfde jongetje met het eigenaardige ding in zijn handen.  Is het een pannenkoek?  Is het een boterham?  Wat eet hij eigenlijk?  Dat er een aardige berg potsuiker op te vinden is, dat is zeker!

Naast de pietluttige potsuiker/ovenkoekenkwestie is er eigenlijk ander belangrijk nieuws te melden:

Het boek won zonet eventjes de Bronzen Uil.  Ik kan alleen maar zeggen dat

APETROTS 

een understatement is voor hoe ik me hierbij voel!

Het is zeker verdiend, want het boek is geweldig!  De schrijver ook trouwens!

– Duplo – !Uno! – Spin(o) – Pil(o) –

Zelfspot!  Het is lang geleden!  Er is nochtans regelmatig eens reden toe.  Zoals daarnet in de winkel toen ik rook aan een nieuwe soort douchegel en er een klodder zeep in mijn neusgat schoot.  En, neen, het is niet de eerste keer dat dit voorvalt.  Of zondag, toen ik zo tevreden was met een doos Duplo dat ik ze niet eens open kreeg.  Ik moest begot aan Pieter vragen om de doos te openen voor me, aangewezen leeftijd: 1,5 tot 4 jaar.  Moet ik hierbij ook nog noteren dat de doos voor Ilja was?

Er was niet enkel zelfspot, ook zelf-op-pepping.   Zoals maandag toen ik tijdens de storm alleen naar het nieuwe huis moest om op één van de offertemannen te wachten.  Daar stond ik dan, alleen in een leegstaand huis, ons huis dan nog, gelukkig duurde het vreemde gevoel niet lang en besefte ik nogmaals hoe machtig het zal zijn als het afgewerkt is.  En ja, de spinnen die me de vorige keer in de spoelbak dreigend zaten aan te kijken, die lagen er nog, zo dood als een pier.

Er was ook meezingtijd, met de nieuwe van Green Day.  Duchtig airdrummen en verkeerdelijk teksten meezingen tot jolijt van de andere chauffeurs aan de lichten.  Ik wou wedden met Pieter dat er wel degelijk naast “I don’t give a damn anyway” ook “I don’t give a f*ck anyway” voorkomt in “Let Yourself Go”.  Hij, die ineens niet wou wedden, voelde al nattigheid want ik wed enkel als ik het 100% zeker ben (en ik had het een half uur eerder zo’n 10 keer meegezongen in de auto).

Er was ook tijd voor verwondering…hoe komt een volledige ruit in onze tuin terecht?  Als iemand een ruit kwijtspeelt door een storm zou je toch ergens een open raam moeten tegenkomen?  Of op zijn minst iemand die een ruit zoekt.  Plus, hoe is het mogelijk dat de ene pil 32 euro per trimester kost en de andere 6,75 euro voor evenveel maanden.  Wil dat zeggen dat ik 25,25euro meer kans heb om ongepland zwanger te raken met de goedkope pil?  Hoeveel de pil ook kost, een kind kost nog altijd meer, die berekening hoef ik niet te maken.

До́брый день Vladimir!

Bij de autokeuring is het juist hetzelfde als bij de supermarkt.  Je hebt altijd het gevoel dat je de verkeerde lijn hebt gekozen.  Als de auto die 10 minuten eerder naast je stond ineens twee plaatsen vooruit rijdt kun je toch niet anders of een keer binnensmonds godveren.  Aangezien ik toch dikwijls overdag thuis ben, is naar de keuring gaan één van mijn jaarlijkse taakjes geworden.  Vorig jaar ging ik met onze twee wagens en nog eens met die van mijn grootmoeder.  En iedere keer was hij daar.  De Vladimir Poetin-look-a-like.  Zou iemand hem al ooit gezegd hebben dat hij op een Russische leider gelijkt?  Ik ben waarschijnlijk de enige die vindt dat hij op Poetin gelijkt, bijna iedereen die ik ken gaat naar dat keuringsstation en nooit reageert er iemand “ahja inderdaad” als ik dat vertel.  (Wat op zich een beetje lame is voor mij, gelukkig kan ik hier nog mijn ei kwijt.)  Gisteren was hij er uiteraard weer.  Ik had goesting om een foto te nemen, niet dat zoiets ooit gepermitteerd is, maar ik weet nu niet of die man het een compliment zou vinden om met Poetin vergeleken te worden.  Zo gaat mijn veel te lange wachttijd voorbij in de autokeuring.  En met naar Ilja’s tutje zoeken dat hij keihard onder de autobrug mikte toen die alweer beneden stond uiteraard.  “Kan dat nog een keer omhoog alsjeblieft?” tandenbloot!

en “een thuiskomertje”, hoe mooi is dat woord niet?

Er gebeurt vanalles deze periode.  In het weekend werken en huizentoestanden en zo’n dingen.  Toch was er nog tijd over om belachelijke bedenkingen te maken…

Soms krijg ik echt de kriebels.  Vooral als ik mijn zoon in een mousseballetje zie bijten.  Daar reageert mijn lichaam fysiek op door een eigenaardig gevoel in mijn mond te veroorzaken.  Iets met veel speeksel aanmaken ofzoiets.  Het is moeilijk om het te beschrijven.

Ik zie regelmatig foto’s verschijnen van professionele fotoshoots bij echte fotografen.  Je ziet aan de foto dat daar werk in gestoken is en dat de belichtingen supermooi zijn.  En dan zie je in de hoek een copyright logo met de naam van de fotograaf….iets wat het hele beeld matig verkakt eigenlijk.

Op een gegeven moment gaf de weegschaal minder dan ooit aan deze week.  Laat ons zeggen, minder dan ooit de laatste twee jaar.  En dat na twee weken smoefelvakantie, hoe is het mogelijk.  Ik dacht dat ik me blijer ging voelen bij dat weegmoment maar ’s avonds bleek ik volgens mijn weegschaal 2,8kg zwaarder dan ’s morgens.  Zou ik moeten investeren in een nieuwe weegschaal of is zoiets effectief mogelijk?  Deze morgen was het echter terug het lagere gewicht…

Zou het te vroeg zijn om al uit te kijken naar een nieuwe keuken?  De gedachte dat ik over al die kastjes volledig zelf ga moeten beslissen vind ik wel een verantwoordelijkheid.  Tenslotte is het een belangrijke keuze en een grote misser kan voor veel frustraties zorgen.  Zo moet ik al zeker rekening houden met onze grootte.  Twee grote mensen vragen misschien een hoger keukenblad?

Het blijft een vreemde gewaarwording dat veel mensen zich meteen verontschuldigen nadat ze zeggen “amaai, het is heel de papa hé”.  Met ‘het’ bedoelen ze Ilja, die een jongen is, ik denk wel dat je dat kunt zien aan hem.  Net zoals je kunt zien dat Pieter zijn vader is blijkbaar.  Ik snap echter niet waarom mensen meteen verontschuldigend trachten te zeggen  “maar hij gelijkt ook op jou hoor” terwijl het gespogen Pieter is.  Mij kan het weinig schelen, ik heb hem 9 maanden in mij gedragen, als ik niet weet dat hij van mij is dan moet ik wel helemaal koekoek in het hoofd geweest zijn na die epidurale.

En als dat blijft zo doorgaan met die platte banden, dan neem ik binnenkort een abonnement in de garage.  Vijf herstellingen en de volgende is gratis.  Wie laat er nu ook dikke planken slingeren op de expressweg?

magnums en een beetje triestigheid

Eén magnum gratis bij aankoop van 6 flessen.  Reclame voor Colruyt in mijn inbox zojuist..  En of het mijn aandacht trekt.  Een magnum?  Een witte of nee, één met nootjes graag. 

Na de reportage in Iedereen Beroemd (oftewel Man Bijt Hond 2.0) over Carolus die zijn eerste dag in het rusthuis beleefde kon ik een beetje tristesse niet tegenhouden.  Eerst moest ik aan vroeger denken want Carolus is een naam die ik enkel van Het Liegebeest ken.  Carolus en Dries de poortwachters waren dat dacht ik?  Carolus in het rusthuis zag er echter nogal kwiek en content uit.  Nadat hij geskyped had met zijn Waalse vriend en zijn kamer toonde via internet moest hij zelf zijn slab aandoen om te eten.  Ik weet het zo niet met rusthuizen, soms denk ik, best dat ze bestaan, best dat verzorgers de bejaarden kunnen begeleiden.  Andere keren denk ik: laat me daar nooit of te nimmer naartoe gaan.  Kill me now, take a sharp object and slice it down my throat (schaamteloos gestolen uit een tv-serie deze quote).  De hele dag in dat gebouw, als je geluk hebt een telefoontje van je zoon, op zondag frietjes met gemalen biefstuk en daarna koffie met gesopte taart.  Of zie ik het beter zo: chillen met de homies van in het geburchte, kaartje leggen, beetje zappen op uw kamer, boekje lezen, wandelingetje over het grasplein.  Als het regent lachen met de voorbijgangers die zeiknat worden en bijna uitglijden, loeren naar knappe verpleegsters in Carolus’ geval.  Hopelijk wordt Carolus gelukkig.  En hopelijk zijn er in zijn rusthuis wèl magnums met nootjes te vinden, want die met de nootjes zijn toch de beste?

de vraag van vandaag, morgen, overmorgen, de dag erop…

Hoe meer huizen je bezoekt, hoe meer je beseft wat je wel of niet wil, hoe moeilijker het is om een huis te vinden naar je gedacht.  Is dat dan een vicieuze cirkel?

Zou het voor huiseigenaars die willen verkopen nu echt zoveel moeite gevraagd zijn om op zijn minst het afval dat rondslingert op te rapen?  En de afwas te doen?  Of op zijn minst de vuile afwas te verstoppen voor de potentiële kopers?  En te verluchten?  En de asbakken die in alle kamers staan te ledigen?

Kippen die strijden om de overschot van je vol-au-vent, zijn dat dan kannibalen?  Mag je dat dan een chickfight noemen?

                                                              

Is een rode broek eigenlijk nog done als je niet meer als “meisje” wil aangesproken worden?

Hoewel ik nooit bikini’s draag vind ik het wel leuk om naar de uitgestalde bikini’s te kijken in de vitrine van  lingeriewinkel naast de deur.  Maar die poppenlichaampjes lijken zo klein, niemand is toch zo klein?

Als je lifters voorbijrijdt, ben je dan gemeen?  Ook als je alleen bent en eruitziet als een meisje (of zie je de basketjes niet als je autorijdt)?

Is het dwaas om de paperclipspellingsassistent op Word in te stellen, gewoon omdat hij zo grappig met zijn oogjes draait als hij geen werk heeft?

People don’t change, we change

Vernieuwing kan geen kwaad dacht ik zo.  Het was even zoeken om een nieuw thema te vinden voor de blog maar de veranderingen zijn subtiel gebleven.  Meer kleur, en misschien binnenkort meer foto’s in de berichten.  We zien wel….een beetje met een keer.

Straks ga ik op bezoek bij een lief klein meisje met een klein cadeautje….

 

Wat zou er daar inzitten?

woerewoerewoerewoerewhiieettwhiieeett!!

Groot Respect voor:

  • Mensen met twee of drie (of vier of vijf) kinderen.  Vooral als dat eerste of tweede kind niet eens zelfstandig een broekje aan of uit kan doen, laat staan op het potje kan plassen
  • Mensen die aan een tweede of derde kind beginnen tout court.
  • Ontwerpers van prachtige uitnodigingen

Gigantisch Blij met:

  • mijn echtgenoot die momenteel bezig is met het opruimen van onze rommeltuin
  • mijn tuin die er binnen een grote week weer barbecue-proof zal uitzien.
  • Mijn middagdutje deze middag
  • Mijn uurrooster, dat me middagdutjes en genieten van de flauwe zon toestaat
  • Ilja’s nieuwe gewoonte om bij alles wat enigszins op een telefoon gelijkt “waho” te zeggen en vol spanning af te wachten tot iemand iets terugzegt.
  • Ik krijg een verrassing voor mijn verjaardag.  Het leukste cadeau van allemaal dus.
  • De tickets voor (The)Gossip in november
  • Haruki Murakami
  • Pingu, de hele middag lang Pingugeluidjes!

Heel Wat Minder Blij met:

  • Brieven met roos/witte aanhangsels
  • mijn kapotte garagepoort
  • de lege bloempotten op mijn terras
  • het vermoeide gevoel dat me al maanden in zijn greep houdt, dat me doet in slaap vallen in de zetel waardoor ik al veel te veel Dexter en Mad Men gemist heb. “Maar uw bloed is in orde Lieselotte, niks op aan te merken”  Alléé, ik heb toch goed bloed, das toch iets.
  • het feit dat ik aan een film zelfs niet moet beginnen als een aflevering van een tv-serie al te lang is om wakker te blijven.  Maar mijn bloed is goed.
  • het gebod van anderen om voor een broertje of zusje voor Ilja te zorgen.

Mixed feelings bij:

  • de glimlach op mijn zoon zijn gezicht als ik met mijn mama-is-boos-stem “Neen, dat mag niet” roep.  Waarna ik enorm veel moeite krijg om niet in de lach uit te schieten als ik zijn puppyoogjes zie glunderen.
  • De blik in zijn ogen als hij kijkt naar het geattaqueerde voorwerp dat hij moet gerust laten van mij.  Zo van “het kwam naar mij, het vroeg om aangeraakt te worden”
  • De mama-is-boos-stem op zich, dat gaat precies soms eens luid bij mij.
  • de gedachte dat het opvoeden nu echt begonnen is en dat dat van je eigen kind precies niet gemakkelijker is dan bij een ander zijn kind.
  • Het feit dat hij kan huilen tot hij zonder adem valt en je intussentijd denkt “adem, adem dan toch!” terwijl je hem negeert.
  • Dat hij zich na zo’n genegeerde huilbui gewoon terug op zijn kont zet en verder speelt alsof er niks aan de hand is.
  • Andere mensen hun argumenten als je opgooit dat de kans bestaat dat er geen broertje of zusje meer komt.
  •  Het feit dat je daar misschien geen keuze in hebt en de natuur soms wreed is en gewoon zijn eigen goesting doet.

I’m a lover, I’m a child, I’m a mother

Ieder diertje zijn pleziertje.  Grappige uitspraak, maar het helpt me om bepaalde dingen binnen zijn context te plaatsen.  Soms worden de bezigheden van een ander veroordeeld terwijl we zelf misschien een hobby hebben waar een ander ogen van optrekt.  Ik wed dat er mensen zijn die zich afvragen waarom ik mijn tijd op de blog verspil en wat er daar nu eigenlijk zo amusant aan is.  Ik betrapte mezelf er gisteren op dat ik dacht “oh my god, what’s the fuzz” toen een vriend een eigenaardige usbhub de lucht in prees op facebook.  In mijn ogen is het een usbhub, aan de commentaren te lezen was het blijkbaar een technisch hoogstandje waar je veel te lang op moest wachten als je het bestelde.  (sorry Alexander 🙂 )  Om maar te zeggen, elk zijn ding.  Wil jij graag honderden euro’s uitgeven om op Rock Werchter ladderzat de helft van de optredens te missen, doe maar.  Spendeer je liever duizenden euro’s aan een spoiler voor op je wagen, be my guest.  Het oordeel erover zul je steeds wel horen van iemand die het kwijt wil.  “Dat ze maar doen” zeg ik dan meestal nadat ik mijn oordeel gegeven heb in intieme kring, ik ben geen heilige, verre van…Ik roddel al eens, ik mem regelmatig, ik geef onnodige commentaar of ik bitch tegen Pieter over futiliteiten.  Maakt het iets goed dat ik ook op tijd en stond met mezelf lach?