Page 3 of 3

Are you in, Rose?

Tommy wist niet wat dat was, een muzikaal pak.  Niet dat ik Tommy wekelijks hoor of zie, nooit veel eigenlijk, maar hij is mijn instagramvriendje.  Naast facebook is nu ook instagram een bron van alle weet.  Ik vond het verwondelijk dat er iemand is die niet weet wat een muzikaal pak is.  Maar ik ga er wel eens meer van uit dat de dingen die ik als kind meemaakte ook in andere kinderlevens gebeurden.  Zoals met drie studiejaren in één klaslokaal les krijgen.  Het 1e, 2e en 3e leerjaar zat in één lokaal en het 4e, 5e en 6e leerjaar zat samen.  Dan vormden we tenminste een groep.  Een groep van 11 op een gegeven tijdstip.  Ik zat in mijn leerjaar met 4.  Laatst hoorde ik iemand zijn twijfels uiten over het feit dat zijn dochter in zo’n graadsklas zou terechtkomen.  Wij hebben nooit anders geweten, en het is redelijk in orde gekomen met mij en mijn voormalige klasvriendjes, alléé, volgens facebook toch, en facebook weet alles.  Maar een muzikaal pak, dat zou toch echt weer geïntroduceerd moeten worden op feestjes.  Geblinddoekt elkaars’ tanden poetsen, een lange zin doorfluisteren om dan te horen wat er op het einde van de rit van gekomen is.  Of kaartje zuigen en doorgeven aan je buur die ineens veel jeuk aan zijn rug had en het kaartje talmend ontving waardoor je bijna flauwviel van het acute zuurstoftekort.  Ik zal er maar ineens nog een belachelijke kinderanekdote bijgooien.  Op mijn eigen verjaardag (ter info: 24 augustus, voor wie mij kaartjes of cadeautjes wil zenden) deed ik met mijn vriendinnetje ook muzikaal pak.  Met z’n twee.  I kid you not!  Mijn broer deed de muziek en wij gooiden het pak naar elkaar.  Sommige spelletjes konden we niet spelen omdat we met te weinig waren (met twee is in feite echt wel het minimum om muzikaal pak te doen), maar het was altijd een hele middag leute maken en er was snoep aan het einde van het spel.  Binnen enkele jaren zijn onze kinderen oud genoeg om muzikaal pak te spelen.  Tot ze erbij neervallen, muzikaal pak, elke keer opnieuw!

Geen OngeLukkedag

Het is weer gepasseerd.  Het jaarlijkse familiefeest dat we in onze familie “Lukkedag” noemen.  Dat we al jaren geen lukken meer eten is bijzaak, de naam bleef.  Iedereen tracht op Lukkedag aanwezig te zijn, want het is ons enige nieuwjaarsfeest aan die kant van de familie en meme vindt het belangrijk dat we er zijn.  Ik heb gelukkig nog drie meme’s.  Eén schoonmeme en twee echte meme’s.  Eéntje die 81 wordt en ééntje die er 96 wordt.  Het is de oudste meme die Lukkedag oprichtte en ieder jaar in het midden van de eretafel zit.  Met twaalf kleinkinderen en 16 achterkleinkinderen is het ook steeds een drukte van jewelste.  Voorzien van voldoende spijs en drank worden er ook regelmatig jeugdherinneringen bovengehaald.  Vooral die van al die keren dat het feest nog bij meme thuis plaatsvond en wij met ons 12 op elkaar gepropt in haar voorplek moesten eten.  Oudere huizen beschikken daar meestal over, in ons huis hebben we ook een voorplek, weliswaar niet groot genoeg om 12 kinderen in te herbergen.  In die voorplek organiseerden we onder ons neven en nichten dan ook voldoende bezigheidstherapie zoals daar was: “verstoppertje in het donker”.  We vonden er niet beter op om het de zoeker moeilijk te maken door de deur van het kamertje te barricaderen met een stapel tafeltjes en stoelen.  Hoe hoger, hoe beter.  Hoe meer stoelen we op elkaar kregen hoe beter ons project geslaagd was.  Als iedereen zich verstopt had werd het licht uitgeschakeld en werd er keihard “je meug kom’n!!!!!” geroepen.  Dat er daar nooit iemand zijn nek gebroken heeft moet een wonder heten.  De barricade van stoelen en tafels kletterde dan bij het binnenkomen om, we zagen het niet gebeuren, maar we hoorden het wel.  En wij, wij zaten met ons 11 verstopt ergens in die kamer.  Zo stil mogelijk proberen te ademen en VOORAL NIET LACHEN.  Degene die zichzelf wel lachend liet vinden kreeg een stoemp van de ander die er vlakbij zat.  Ahja, want iedereen zat gewoon naast elkaar in zo’n klein plaatsje.  We waren onsterfelijk, onschuldig en zo zorgeloos op dat moment.  Dat is nog steeds een beetje Lukkedag, gewoon op het gemak ééntje (of . . .) drinken, samen eten en verder opgroeien met elkaar.

Lesley-Ann misschien?

“Hoe heet jouw pop?” vroeg ik aan het vijfjarige dochtertje van mijn schoonzus op Nieuwjaar.

“Iske”

Ik wou de pret niet bederven maar ik begreep haar niet zo goed

“Ah Lieske, mooie naam”

“Neeneen, Iske”

“Wietske?”

“neeeee, Iske”

“rare naam”

So far being the nice adult.

Mijn pop heette vroeger Mieke.  En ze had korte krullenkop genre Annie.  Als je haar neerlegde gingen haar ogen dicht.  Het is op dat moment al dat kleine meisjes de illusie krijgen dat baby’s allemaal doen wat we zeggen.  Je legt dat neer en dat slaapt.  Je haalt dat op en dat is wakker.  Ging het maar zo vlot.  Misschien moeten ze poppen maken die de hele nacht schreien.  Tot zover tienerzwangerschappen.  Poppen de dag van vandaag kunnen ook al echt plassen, en ze doen dat meteen op het potje.  Nooit eens een accidentje in de broek of op de vloer.  Poppen zijn divine.  Later had ik een pop wiens haar kon groeien als je haar arm omhoog hield.  Om het terug te doen krimpen moest je haar arm terug op en neer krikken genre hefboomsysteem.  Dat maakte toen zo’n vreemd geluid alsof je een band verwisselt.  (Iets wat het voorbije jaar nogal schering en inslag was ten huize Liese.)  Die pop, die trouwens zo triestig naamloos was, was indertijd nogal indrukwekkend, maar na een tijdje werd het een beetje saai “krrrrrrrrrrrrrrr” –> haar groeit, even later hefbomen “krrr krrr krrr” –> haar krimpt terug in.  Toch zou ik ze wel nog eens willen terugvinden al is het maar omdat niemand mij gelooft als ik over de  haargroeiende pop van twintig jaar geleden spreek.  En om haar alsnog een naam te geven.

Jane Doe

Oude klasfoto’s, een tijdje geleden was het populair om iedereen waar je ooit je puistjesjaren mee deelde te taggen op je facebook en zo schaamtelijk over te gaan tot openbare uitlacherij.  (In mijn geval, drie jaar op rij hetzelfde jasje dragen, ze gaan mij niet beschuldigen van niet milieubewust te zijn!)  Die van mij hangen hier van 6 middelbare jaren ver nog in mijn kamer.  Net als alle andere dingen van 10 tot 15 jaar terug, ik hield er blijkbaar van om alle armbandjes van festivals te sparen en die mooi op een rij te hangen.  Alles beter dan dat jaren aan een stuk aan je pols te laten zweten, bacteriën verzamelend, jukkie pukkie, maar dat is een andere kwestie.  Toen ik zonet wakker werd uit mijn onverwachte middagdutje keek ik van op afstand recht in het gezicht van een klasgenote uit het derde middelbaar.  Ik wist niet wie het was.  Grijsbruin haar, een gestreepte trui, mager en vooral ook bleek.  Niet bepaald Miss World, maar daarvan had ik er ooit maar één (of toch één die mocht meedoen aan die competitie gow).  To-taal geen idee van wie dat is.  Eigenaardig vind ik het.  Het is niet zo dat ik uit een gigantische klas kwam, maar we deelden maar één schooljaar dezelfde groep want op de andere foto’s staat ze blijkbaar niet.  Zou zij weten wie ik ben als ze eventueel naar dezelfde foto kijkt?  Zou ze denken “Aah, Lieselotte” en er dan iets typerend voor mij achter vertellen?  Misschien kom ik haar tegen op straat en negeer ik haar straal waarbij zij denkt “onbeleefde troela, doen ofdat je mij niet kent, tssss, nog geen haar veranderd dus, of toch, zeker 20kg zwaarder, ’t is niet raar, ‘t is haar ego dat zo weegt!”  Wedden dat ik ze deze week ergens tegenkom?

en mariaspekken, 80.000 mariaspekken aub


Chocomelk, duplo, speculoos: Sint Maarten is gepasseerd. Hij is lange tijd uit onze leefwereld verdwenen maar sinds vorig jaar is hij er terug prominent in aanwezig, en content dat ik ben! Hij mag ook weer een rol komen spelen de komende jaren, de sint wordt keihard mijn dreigmiddel als de kamer moet opgeruimd worden (en de andere maanden van het jaar dreig ik met nonkel Jef, die gelijkt een beetje op de sint). Tegelijkertijd laait de Sinterklaas / Sint Maarten-discussie hier weer op. Zoals ieder jaar is het “wie is de coolste?” Dat dat Sint Maarten is staat eigenlijk buiten kijf maar ik ben ook wel een beetje fan van Sinterklaas. Au fond doet hij helemaal hetzelfde als Sint Maarten no mather what, de kinderen krijgen cadeau’s. Zo’n kind dat heel het jaar wroet op school, beleefd is tegen iedereen en nooit een poot uitsteekt naar een ander, dat krijgt evenveel cadeau’s als het onbeleefd etterbakje dat speekt op de grond alvorens een ander erin te duwen. Nuh, Sint-Maarten of Sinterklaas, het is hier allebei van toepassing in een gemengd West-Vlaams gezin. Toch blijf ik fan van Sint-Maarten. Ik tierde keihard “KIJK!!!! Sint Maarten passeert!” als hij met zijn huifkar door onze straat reed vorige week, Ilja werd tegen het raam geplet door zijn moeder die het niet goed kon zien. Ik kan niet wachten tot hij oud genoeg is om mee te gaan naar de kaai in Ieper om hem te verwelkomen, gewoon omdat ik zelf zo blij ben om hem te zien! En dan alles er rond, de mandarijntjes, de pic-nicjes, de sint-koeken. Man-te-paard noem ik ze tot verveling van mijn echtgenoot OMDAT HET DE VORM HEEFT VAN EEN MAN TE PAARD! ZIEJT? ZIEJT? Ik kan me niet voorstellen dat ik ooit zo op en neer ga springen voor sinterklaas maar ik wil het wel faken, want hij komt ook. Sinterklaas. En hij verdient ook een enthousiaste mama en mijn zoon zal er ook schrik van hebben, maar Sint-Maarten…dat blijft mijn homeboy.

Nicotine Is So Passe

In de categorie dingen waarvan ik niet wist dat ik ze nog had:

· een sleutelhanger van Kipling in de vorm van een mini-rugzakje. Ik dacht dat de mustiekat hierom zou vechten, het dingetje heeft ritsjes en een velcrostrip om het te dichten, blijkt hij er voor geen meter in geïnteresseerd. Dus als iemand graag een rugzak wil voor een dieetlunch, shout!

· Mijn schoolboeken die ineens weer bijster interessant lijken. Vooral omdat volgens Piaget het einde van de sensomotorische periode aanbreekt op de overgang van baby naar peuter. In zijn sensomotorische omgang met de dingen bereikt hij een soort logica van handelen. Dit houdt onder andere in dat de peuter causaliteit leert kennen. Volgens Piaget is het daardoor dat peuters geboeid raken door de werking van knopjes, hendeltjes of schakelaars waarbij ze een of ander effect kunnen te voorschijn toveren (Boy do I know it!). Piaget noemt die periode ook wel een copernicaanse revolutie. “Het is niet erg dat je eigenhandig het draadloos internet aflegt schatje, blame it on your copernicaanse revolutie!”

· Een niquitin pleister. Deze hielpen me jaren geleden om te stoppen met roken. Een aanrader zou ik zeggen, al voelde het soms wel vreemd aan hoe de pleister zich aan de huid nestelt. Alsof de stoffen hongerig een weg naar binnen zoeken. Destroy de goesting om te roken! Attack! Now!

· Pritt Poster Buddies. Wie vond ooit deze kauwgumlijm ooit uit? Vieze boel, meteen de vuilbak in, samen met die nicotinepleister die al 6 jaar over datum is.

· Verpakkingsdozen van gsm’s. Met de boekjes en plasticjes en alles er nog in. Wat ben ik eigenlijk, de gsmdozenverzamelaar?

In de categorie dingen waar ik zo blij mee ben dat ik ze heb:

· My Precious Potters.
· The Melancholy Death Of Oyster Boy And Other Stories

In de categorie “Fuck I’m old”

· Een Boomerang kaartje. Ik weet niet of ze nu nog bestaan, de gratis kaartjes met een leuke advertentie op de voorkant. Ze waren overal te vinden waar ik als student kwam. Over de reclame van het kaartje kan ik vooral zeggen: gow zeg! Er was een gsm te winnen die nu als fossiel zou bestempeld worden.

En dat is nog maar twee schappen van het boekenrek….oftewel vier verhuisdozen ver. To be continued.

I’ll scream ‘til my lungs pop

“Tante Lieselotte ga je mee op de boomerang?” “Tuurlijk” “Tante Lieselotte, ik wil op de Screaming Eagle, ga je mee?” “Vaneigens!”  Het is allemaal goed en wel en fantastisch leuk tot op het moment dat ik klaarzit in het bakje met de beveiliging over mijn schouders.  Altijd eerst testen of dat wel goed vastzit.  Geeft dat nu een beetje mee of zijn dat mijn gedachten?  Eens checken bij de buur of dat ook zo los zit.  Ja het zit goed vast.  Ja toch hé?  Op het moment dat alles klikvast is en iedereen zijn plekje gevonden heeft begin ik mij al inwendig een beetje op te jagen. “Beuh, ben toch een beetje benauwd” en dan schiet die Screaming Eagle zonder waarschuwing de lucht in…”WAAAAAAAAAAAAAAAAHHHH!!!!!!!” even naar adem happen “WAAAAH  hap adem WAAAAH hap adem WAAAAAAAAAAHHH!!!” “Maar tante toch, zo tieren” Sorry gastjes.  Ik ben gek op boomerangs, wilde slingertoestanden, weg en weer gegooi, maar ik tier net zo luid als een varken op weg naar het slachthuis.  Het tieren en de thrill van de boomerang is zo ontspannend, minder goed voor mijn stembanden, maar goed om eens te ontladen.  NOG EEN KEER !!!  (riep ze een beetje hees de armen in de lucht gooiend).

 

Helmut Lotti is er toch stinkend rijk mee geworden

Het gebeurt al eens dat ik een boekske lees.  Echt lezen kun je het niet noemen, ik doorblader ze en houd halt bij de “artikels” die me interessant lijken.  Die dingen belanden na zo’n doorbladersessie in het toilet.  Alléé, dernaast, je weet wel.  Ik heb niet echt een voorkeur voor één bepaald tijdschrift, meestal koop ik een pakket met drie samen en doe ik er een aantal weken mee eer ik nog eens “ververs”.  Het is een eigenaardig systeem dat in mijn hoofd, maar ik kan het niet verdragen dat Pieter de verse boekjes eerst doorbladert.  Ik koop ze, ze zijn voor mij.  Hij mag ze pas doorbladeren nadat ik ze diagonaal gelezen heb.  In mijn ogen zijn verse boekjes het leukste.  Als hij ze al bemukkeld heeft is er precies al een beetje fun vanaf.  Negen van de tien zit er een Story bij.  Story blijkt halfvol te staan met Bekende Vlamingen waar ik nog nooit van gehoord heb, meestal zijn dat die artiesten uit talentenshows.  Ik ken er bitter weinig van omdat ik na de eerste editie van Idool nooit meer gekeken heb naar zoiets, hoe leuk het ook was om een ander te horen kriepen en daarbij tegelijk als een pinguïn te staan voetenpletsen voor de jury.  De helft van de Story staat vol met verhaaltjes over die winnaars, zilveren medailles en opvallers van zo’n programma’s.  In de andere helft worden de echte BV’s uitvoerig besproken.  Ze beroddelen uitvoerig de mensen die al jaren en jaren aan de bak komen als Bekende Zanger.  Misschien komen een aantal van die zangers wel uit De Sound Mix Show.  Was dat niet één van de coolste programma’s van de jaren 90?  Men kwam toe bij Bart Kaëll als Jan Modaal met een jeansbroek, een veelkleurig hemd en een vest met epauletten waarmee je een rugbyspeler omver kan stoten.  Vijf minuten later kwam die Jan op magische wijze uit een walm podiumrook en ziet hij eruit als Prince of Michael Jackson.  En Bart Kaëll, die had altijd het juiste kostuum in de juiste maat in zijn winkeltje hangen, toevallig?  Ik dacht het niet :-D!  En op het laatste: Thank You For The Music, altijd, elke aflevering opnieuw, winnaars en verliezers allemaal samen.  Geweldig!