En hoe is het met de buik? Wordt veel gevraagd de laatste tijd. Dik. En rond. En er wordt al eens aan de wand geklopt. En soms pijnlijk want het kind lijkt soms op twee dagen tijd ineens meer plaats te vragen. Ik heb soms het gevoel dat mijn lichaam niet goed mee kan. Alle kilo’s die ik er het voorbije jaar mooi afkreeg zijn alweer talrijk aanwezig, maar aan de andere kant hoef ik niet te klagen. Mits voldoende rust kan ik blijven werken en de dingen blijven doen die ik graag wil doen. In powernaps ben ik nog beter geworden de laatste maanden. Soms doe ik een tukje van 20 minuten en kan ik er weer helemaal tegenaan. Voor twee uren dan toch, want dan ben ik alweer moe. Cliché cliché, maar het hoort er allemaal bij. Voor de rest hebben we nog maar weinig voorbereidingen getroffen laat staan beslissingen genomen. Zoals “doen we een babyborrel of hebben we daar geen zin in” of “hmm, hoe gaan we het kind zonder voorlopig geslacht noemen” (nog steeds een moeilijke kwestie). Wie als meter en peter wordt gevraagd, dat is besloten, maar de gekozenen in kwestie zijn nog niet op de hoogte. Wat ik me wel afvraag: waarom willen mensen ineens allemaal ongevraagd hun horrorbevallingsverhalen vertellen? “Die van mij was veel te vroeg” “Die van mij was spoedkeizersnede” “Die van mij is 10 dagen overtijd gegaan” “De mijne woog 5 kg en scheurde mij volledig open”. Great. Ik doe als vier jaar geleden en staar iedereen het zwijgen op.
Wat ook opvalt: de mensen die nog twijfelden of ik al dan niet zwanger ben, die durven nu eindelijk zeggen “ah, mag ik proficiat zeggen?” Het zou precies eigenaardig zijn moest ik ineens zo’n buik krijgen van dikkigheid.
Op het werk werd positief gereageerd door de bewoners met typische en atypische vragen:
“Heb je dan ook zo’n rare broek aan?” Ja en ik heb er een hele warme buik door.
“Hoelang ben je nu al zwanger? Drie weken?” Doe er maar 17 bij.
“Slaapt de baby nu?” Kweenie vraag het eens. “Elaba! Slaap je?” Geen reactie “Slaapwel hé”
“Wie is de papa? Is dat je man?” “Is je man blij?” Ja, alléé ik hoop het toch.(dat hij blij is, dat hij de vader is kan alleen hij hopen 🙂 )