Page 2 of 6

Worst Housewife Ever part how much?

Het kan gebeuren dat ik op middagen alleen thuis wel eens voor de TV eet en mijn honger naar reality-tv stil in combinatie met een portie verse spaghetti of in deze tijden een weightwatchers-gerechtje.  Ik neem het er wel eens van na een voormiddagje met een hyperactieve peuter in huis.  De hele voormiddag ben ik bezig tussendeuren dicht te doen, legomannekeshelmpjes uit zijn handjes prutsen, de droogkast weer af te leggen en het kleine spook achterna te zitten als hij mijn gsm nog maar eens steelt.  Dan profiteer ik wel eens om tijdens zijn middagdutje even tijd te nemen voor mezelf.  Me opladen voor de volgende shift waar hij om appeltjes smeekt, bekers water laat vallen of er met een alcoholstift vandoor gaat.  Ik ga er niet om liegen, hoe graag ik ze ook zie, thuis zijn met mijn kinderen, ik vind dat vermoeiend.  Wat het er niet gemakkelijker op maakt is omgaan met mezelf en mijn slordigheid.  Ik probeer het, maar het blijft steeds een strijd met net diè persoon die er iets aan kan veranderen: mezelf.  Eén die ik nooit lijk te winnen.  Mijn slordigheid verslaat mij.  Ik win niet van de slechte gewoonte om niet achter mijn eigen gat op te ruimen.  Thuis vind ik het moeilijk om mijn focus op één iets te leggen, ook al omdat ik steeds weer onderbroken word door een pamper, een e-mail, een playmobilpoppetje dat vastzit in een camion of gewoon 15 keer “mamaaaah?”.  Als ik aan het koken ben gebeurt het minstens één keer per week dat ik iets laat aanbranden.  Was plooien gebeurt in verschillende shiften.  Regelmatig moet ik een gewassen keukenhanddoek uit de peuter zijn handen redden of er loopt al eens een kleuter rond met een verse onderbroek op zijn hoofd.  Toen ik me vandaag neerzette met mijn “kleurige kalkoenschotel” was het weer om zeep, tussen telefoneren en kijken naar Mijn Pop-Up Restaurant door was ik enigszins “vergeten” dat de keuken nog moest opgeruimd worden.  Met mijn bord leeg, mijn maag gevuld, Linus stemmetje door de babyfoon taterend, kom ik terug in de keuken:

img_20170224_134144.jpg

Shit.  Een catastrofe.  Elke vrije dag opnieuw ziet mijn keuken er ’s middags zo uit.  Hoe is het mogelijk?  Ik word er moedeloos van.  En het is puur mijn eigen schuld.

Na een koffietje en een tandje bij ziet het er zo uit:

img_20170224_144931.jpg

Toch stukken aangenamer om in te vertoeven, al zeg ik het zelf.  Ik hou dat beeld voor mij als ik de chaos creëer, het is vaak in mijn gedachten, maar toch lijk ik mijn slechte gewoontes niet te overwinnen.  En de kinderen maar stimuleren om op te ruimen!

Ontmoetingen…

Het mag misschien wel gezegd zijn, ik ga het niet tegenspreken, ik was vroeger niet de meest toegankelijke persoon.  Het is niet dat ik niet babbelde, of geen vrienden had.  Er waren ook nooit hevige relletjes omtrent mijn persoon, maar toch.  Echt sociaal en joviaal was ik niet.  Eigenlijk nog steeds niet echt vind ik.  Ik zal altijd een beetje een loner blijven vermoed ik.  Zet mij een week alleen thuis met enkel mezelf en na een week zal ik opkijken en zeggen “ah, ben je daar?”.  Eigenlijk lijkt me dat zelfs nog een fijn idee om eens een week op mezelf te zijn.  Aan de andere kant geniet ik wel van sociale contacten, onder de mensen zijn, maar ik blijf een introvert.  De psychologen die me op het werk ge-assesst hebben (onbestaand woord, mo gow kom) schreven het zwart op wit: je bent een ISTJ-type.  Introverted Sensing met Extraverted Thinking.

een stukje over ISTJ’ers vond ik op een (vertaalde) website:  hier.

Voor ISTJ’s is eerlijkheid veel belangrijker dan emotionele overwegingen, en hun botte aanpak geeft anderen de verkeerde indruk dat ISTJ’s kil, of zelfs onmenselijk zijn. Mensen met dit type mogen dan wel worstelen met het uiten van emoties of genegenheid, maar de suggestie dat ze geen gevoel, of erger nog, helemaal geen persoonlijkheid zouden hebben, is zeer pijnlijk.

…want het is beter om alleen te zijn dan in slecht gezelschap

Toch ben ik de laatste jaren zachter, verdraagzamer en meer open-minded geworden over andere mensen, al zeg ik het zelf. (speekselmedaille voor mezelf!)  Terwijl ik me vroeger keihard kon opjagen in andere types laat ik ze nu voor wat ze zijn.  Doe maar, ik kijk wel even toe en trek het mij niet aan.  Ik zoek ook bewuster sociaal contact, zelfs met vreemden.  Iets wat ik vroeger nooit zou gedaan hebben, want andere mensen waren raar.

Van alle ontmoetingen die ik deze week had waren er weer wat uit mijn blog- en instagramgebruik.  Dinsdag sprak ik af met Virginie die tot bij me thuis kwam.  Deze straffe madame spendeerde de laatste maanden in Pellenberg waar ze vele stappen zette in de goeie richting, letterlijk en figuurlijk dan!  img_20161211_130821.png

Vrijdagavond had ik een uitje met een bende blogvriendinnen.  Sylvie en ik moesten ons het minst ver verplaatsen want het was in Ieper te doen deze keer. Met Renilde, Josie, Valerie, Kelly en Tiny maakten we graag de markt onveilig bij de Coca-Cola truck.  Taste the season!  Jawel, die bende met die selfiestick, dat waren wij!  Ho-Ho-No!  #TasteTheFeeling

Zaterdagavond was het alweer “gank”.  Het waren andere bloggers en IG-vrienden al zag ik sommigen twee keer deze week want Virginie alsook Renilde waren weer van de partij.  Ik maakte kennis met Bert en ook met Sofie was het weer gezellig pratelen want ook zij was voor de 3e keer aanwezig op de instameet van Roeselare.

Anyway, er waren ook andere ontmoetingen, zo bezocht ik mijn grootmoeder (99) die momenteel in kortverblijf in het rusthuis is.   De ballon die met Linus aan de haal ging in september zorgde voor een prijs die we deze voormiddag gingen ophalen. Vanmiddag was het echter een ontmoeting van het minder fijne soort.  Was ik lustig boontjes aan het doppen (toppen zeggen wij eigenlijk), kom ik aan het laatste boontje en wat zie ik in dat bakje?  Een tettink!  Een wat?  Een tettink!  Ja een regenworm dus.  Een tettink tussen mijn boontjes.  Een levende tettink!  Er floepten vanalles aan gedachten door mijn hoofd:

  • Hoe lang zit die tettink al in mijn boontjespot?  Het bakje kocht ik woensdag ofzo in Den Aldi.  Het plasticje bleef al die tijd rond het potje.
  • Heeft die tettink al die tijd in mijn frigo gewoond in dat bakje?
  • At die tettink van mijn boontjes?
  • Deed die tettink kaka tussen mijn boontjes?
  • Doen tettingen kaka of zijn dat kaka-loze dieren?
  • Wat moet ik nu doen met die bonen?  Weggooien?  Toch maar weggooien dan.

Het eindigde met diepvrieserwtjes en een levende tettink in mijn PMD-zak.  Hij kan een beetje lege colablikjes gaan uitslurpen.  Kissak!

img_20161211_101632.jpg

 

 

Head full of thoughts

Wist je dat…

  • ik het minder vermoeiend vind om een dag voor 10 mensen met een verstandelijke beperking in te staan dan om een dag voor Linus te zorgen?  Hoe dat kan?  Het kind is overal.  Overal waar het niet moet zijn.  De voorbije week vond ik een natte pantoffel in mijn versgedraaide was.  Ik kon nipt vermijden dat hij de diepvries achter mijn rug uitschakelde en hij danste -handjesdraaiend- op de salontafel.  En dan zijn totje als je hem terechtwijst: bruine puppyogen all the way.  You gotta love ‘em.  Verdikke, het is moeilijk om dan niet in de lach te schieten.
  • ik voor het eerst hesp rolletjes heb gemaakt.  Serieus, ik ben 34 jaar en heb dat nog nooit zo klaargemaakt.  Ik lust dat eigenlijk ook niet, maar ik doe het voor mijn lief.  Zelf eet ik ze enkel op De Kristien-manier.  Kristien is een oud-collega die me leerde witloof eten.  Namelijk: gebakken witloof en hesp volledig in stukjes snijden en mengen met de kaassaus.  Ik hou niet van de smaak van een stronk witloof, maar zo kleine stukjes, dat gaat nog.

img_20161007_123423.jpg

Jawel Tine, dat is jouw creuset-ovenschotel!

  • diezelfde witloofstronken eerst zwart geblakerd waren doordat ik te aandachtig op mijn laptopscherm zat te staren.  Voor een keer waren het geen blogs maar Ticketmaster.  Ik stond in de wachtrij voor Coldplaytickets toen het gebeurde.  Gelukkig kon ik het fiksen door de buitenste blaadjes netjes in het afvalbakje te deponeren en alles te verdoezelen met de hesp.
  • ik nog getwijfeld heb om tickets voor Coldplay te bestellen.  Ik ben fan van het eerste uur maar hun stijl is zo keihard veranderd en de laatste cd’s heb ik niet eens gekocht.  Die eerste nummers zoals “Trouble” of “The Scientist”, dat valt niet meer te vergelijken met die poppytoestanden van nu.  Maar kijk, het voordeel van de twijfel, ik ging reeds naar elke toer en zoveel komen ze nu ook weer niet naar België.  Achteraf bekeken ben ik toch tevreden met mijn twee (goedkopere) kaartjes, vermoedelijk crappy plaatsen, de laatste singles vind ik namelijk geen 116 euro per persoon waard….
  • ik dan maar meteen heb besloten dat ik ook naar dEUS wil gaan in de Lotto Arena in februari.  Daar waren geen wachtrijen en aangebrand witloof voor nodig.
  • wij er nog eens met ons twee samen op uit trekken naar ons favoriete Londen.  Iets drijft ons altijd naar daar, dat er promoties waren op de Eurostar is uiteraard ook mooi meegenomen!  Onze kinderen die worden dan weer niet meegenomen….
  • Linus gepromoveerd werd tot mommy’s little helper.  Omdat hij toch constant rond mij draait krijgt hij allerlei jobs aangemeten: droogkast-vuller, was-voor-aan-het-wasrek-aangever, vaatwasmachinedeur-toeduwer, brenger-van-boekjes-het-is-gelijk-welkééntje.  Serieus, iemand zou de sociale dienst moeten bellen om kinderarbeid aan te geven.
  • het Dolce Gusto-apparaat zijn plek heroverd heeft in de keuken.  Hij ging een tijdje op uitstap bij een vriendin die tijdelijk zonder koffiemachine zat, maar nu is hij back in business.

img_20161007_140630.jpgChococcino, Cappuccino, Lungo, laat maar komen Grietje!

Gaan jullie ook naar Coldplay, Green Day of dEUS?

Zondagavond is voor chillbroeken

Zondagavond.  Het lief drumt.  Op verplaatsing gelukkig.  De roomba stofzuigt de keuken terwijl ik Linus klaarmaak om te gaan slapen.  Hij pruttelt tegen.  Zoals altijd als hij op het verzorgingskussen ligt.  Een kwartier, een grote fles melk en veel keptjes later ligt hij nog na te vertellen van het weekend door de babyfoon.  Vooral het bezoek aan het rusthuis heeft indruk nagelaten.  Hij werd er door elke oma aangesproken en duwde eigenhandig een rolwagen vooruit, jawel, terwijl er iemand in zat.  Ilja kijkt  naar iets kwek-achtig op tv en laat daarbij zijn hoofd al op de boord van de zetel rusten.  Ik poets de keuken terwijl de roomba de gang stofzuigt.  In een mum van tijd is die droog door de avondzon en een zuchtje frisse lucht.  Als Dora begint te zingen van “Het lukte, het lukte, yeah, yes we dit it!” (ik zing altijd mee, ik kan er niet aan doen,ook al is ze semi-irritant) geeft ze het startschot van het slapengaan-ritueel bij Ilja.  Ondertussen ben ik al bezig met het opdrogen van de livingvloer.  Mijn poetshulp komt op dinsdagochtend de hele boel kuisen en op zondagavond is het water alweer donkerbruin als ik het in de spoelbak giet.  Onvoorstelbaar hoe vlug alles vuil wordt.  Om 19u liggen de twee rascals in bed en kan ik mijn stoelen alweer op zijn plaats draaien.  Zondagavonden zijn voor opruimen, in mijn hoofd en in mijn huis.

Ik doe een oude t-shirt aan en de chillbroek die ik van mijn broer “erfde” toen hij verhuisde.  Pieter sloeg hem gisteren al aan, maar vandaag sla ik vlug mijn slag nu hij er niet is.  Ik denk aan Schanulleke.  Ze kwam al twee dagen niet meer thuis.  Ik miste ze toen ik alle deuren openzette om de tocht erin te steken.  Normaal catwalkt ze altijd door mijn natte vloer waarop ik haar steevast terug buitenjaag.  Het eten dat ik deze middag in haar bordje legde is onaangeroerd gebleven…Als dat maar goed komt.

Zondagavond is er tijd om het hoofd leeg te maken, niets speciaals meer te doen.  En aan de kat te denken.

img_20160925_194252.jpg

 

 

Ja soms…

Soms wou ik dat ik zo’n vrouw was die op torenhoge hakken en met ultragebronzeerde benen de toer van de vestingen kan wandelen.  Of zo’n dame bij wie je op ieder moment van de dag onaangekondigd mag binnenvallen, je vindt er gelijk wanneer geen boterhammen op de keukenvloer.  Misschien wil ik wel zo’n goeie huisvrouw zijn, met een garage vol rekken, alles netjes alfabetisch gesorteerd.  Je hoeft geen hindernissenparcours af te leggen om aan een flesje spuitwater te geraken, het staat onder de “S”.  Fietsen hoeven niet verzet te worden als je het oud papier uit de garagepoort wil slepen.  Zo’n moeder die elke dag speelt met haar kinderen, en niet stiekem hoopt dat het plan om te schilderen wordt “vergeten” in dat kleuterhoofdje.  Haar manicure en de pedicure zijn steeds perfect, geen afgebeten wijsvingernagel, geen eelt op ongewone plekken.  Vandaag was ik de vrouw met de witte benen en de garage waarin schuivend met materiaal een wandelpad werd gecreëerd.  De vrouw wiens twee kinderen deden aan synchroon-wenen op de vestingen, de ene omdat hij met steentjes wilde spelen, de andere omdat hij niet wou wandelen.  Ik was de moeder die in de lach schoot toen haar echtgenoot al “mooshend” de oudste per ongeluk in het zand liet vallen.  Ik vond mezelf heel wat toen ik met een schopje -dat ik van een andere moeder kreeg- zand schepte met mijn dreumes, hoe lang was dat geleden?  Mijn voeten staken in All-Stars toen ik De Rodeberg afdaalde met de kleinste in de rugzak, tegelijkertijd probeerde ik te voorkomen dat hij mijn haarspeldjes uit mijn vlecht trok.  Een voorbijrijdende fietser maakte ons attent op het feit dat er een sandaaltje halfweg de baan was achtergebleven.  Neen, ik ben misschien niet altijd de moeder, de dochter, de zus, de echtgenote of de vrouw die ik zou willen zijn.  Maar ik probeer en ik ben tevreden met wat nu lukt.  Elke dag probeer ik er het beste van te maken.  De goede balans vinden tussen het moederschap, mijn huwelijk, mijn werk, familie en tijd voor mezelf nemen, het is geen simpele opdracht.   Lopen, bloggen, lezen, overal aan en bij zijn, het schiet er soms wel eens bij in, maar ik besef maar al te goed: het komt terug, ooit, als ik dat wil.  En ondertussen zit ik op mijn wipplank, mijn evenwicht te zoeken.  Met mijn kroost.

img_20160812_192115.jpg

 

 

Vandaag…

 

  • Kocht ik teveel servietten.  Waarom ik ineens vier pakken van 50 mini-servietten nodig had, geen mens die het weet, ik dacht -dat komt wel nog van pas- maar nu sta ik daar met al mijn servietten.  En ’t is niet dat ik er nog gene had (zie foto rechts).  Degene die mij de ultieme serviette-opberg-tip kan geven, die mag een pakje komen kiezen.  En met een goeie tip bedoel ik niet “leg ze op elkaar”.  Want dat doe ik en dan slieren die uit hun plastic verpakking en dan beginnen die hoekjes over te plooien en voor je het weet zijn 6 van je 12 gekleurde serviettes gekreukt en kun je niet eens meer een tafel van 8 dekken met het pakje dat je nog had.

     

  • Staarde ik vol ongeloof naar mijn Roomba.  Wat een zalig ding is dat eigenlijk?  En hoeveel stof kan een mens vergaren in zijn huis?  Ik klopte zijn bakje eergisteren al mooi leeg en nu was hij alweer heel de tijd stukjes aan het happen.  Ik heb nog geen naam gevonden voor mijn nieuwe aanwinst.  Eén ding is zeker: het moet een mannennaam zijn.  Hij straalt iets mannelijks uit met zijn ruige borstel en zijn groene lampje.img_20160428_174859.jpg(en kijk: hij is net aan mijn serviettenkast –> zie je hoe de kast niet helemaal mooi dicht is?  Allemaal de schuld van teveel servietten)
  • img_20160502_195205.jpg
  • Gebruikte ik deze ochtend voor het eerst dit jaar after sun.  Het is eindelijk zover: het verbrand-seizoen is van start gegaan.  Toen ik de kindjes ging oppikken bij oma deze ochtend kon ik nog net deze carfie trekken.  Een volledige zondag gaf mij dan toch een rode neusbrug.  Ok, en een fuzzy hoofd en een stem die volledig weg is.  Ohja, en een selfie met een sterrenchef.  Uiteraard moet ik deze hier posten want ik ken helemaal geen enkele andere sterrenchefs behalve deze sympathieke kerel.

img_20160501_185122.jpg

  • Ga ik nog eens verder nadenken over een serviette-opbergsysteem.  Want dat is zowat het enige denkwerk dat er vanavond nog bij kan vrees ik.

 

Sjakosjen, battles picken en tijd voor ons twee.

Een dagdienst stond er gisteren op mijn uurrooster: nine to five.  Als ik zo’n dag naar het werk vertrek ziet mijn achterbank er zo uit:

img_20160310_100913.jpg

Ik sleep op woensdag soms als eens iets extra mee naar het werk voor een activiteit, Linus had extra pampers nodig in de crèche.  Mijn werkhandtas zit gelukkig niet te supervol of ik sleur mij een accident tegen dat ik goed en wel ben vertrokken.

Na het werk had ik een poweruur.  Om 17u trok ik de deur dicht.  Ok, ik bleef helemaal niet hangen om te tateren of om nog vlug iets af te werken, neen, ik was van plan om “mul te geven”.  Meestal ben ik op dat uur redelijk opgejaagd in het verkeer, ik ben het namelijk niet gewoon om op een standaard-uur te stoppen met werken.  Het verkeer loopt dan wel eens strop, al kan ik daar in De Rustige Westhoek echt niet over klagen denk ik.  Of ik me nu opjaag of niet, ik geraak er even snel, dus ik koos om rustig aan te schuiven.  Tegelijkertijd gaf ik mezelf een speekselmedaille voor het besluit om toch nog op het werk naar toilet te gaan.  Ook toen iemand het leuk vond om nog eens supertraag door het groen te rijden waardoor ik nog langer mocht wachten nam ik mezelf voor om niet te zitten stressen.  Dus reed ik 20 minuten over 9 km.  Om 17u25 zat Linus in de auto, om 17u35 vertrok ik op de parking van de tweede kinderopvang.  Ik onderhandelde onderweg over hoe we de rest van de veel te korte avond gingen vullen.  Bij het thuiskomen ging Ilja zoals afgesproken meteen naar de badkamer voor het bad.  Ik kleedde Linus uit en zette ze samen in het water.  Om 18u was de kleinste reeds gewassen en in zijn pyjama.  De oudste badderde nog wat verder.  Daarna werd hij geholpen met de pyjama, ook al kan hij dat zelfstandig, soms kies ik de gemakkelijke, discussieloze weg.  Pick your battles!  Om 18u20 kwam Pieter thuis, ik was Linus’ nachtvoeding aan het geven.  Toch wel, dat kind gaat om 18u30 gaan slapen en trekt dat tot de dag erop.  En ja, ik besef dat dat een zegen is!  Ilja at ondertussen een boterham en ging dan na zijn televisiemomentje om 19u naar boven: high five, low five, fist, elbow, shoulder, knuffel en kus later kon ik tegen Pieter babbelen.  En ineens waren er twee uren voorbij.  En dan vragen we ons af waar de tijd naartoe vliegt eigenlijk?

De vorige maandag had ik avonddienst, Ilja had pedagogische studiedag.  Ik werd gestraft, hij wou het spel: “De wolf en de 7 geitjes” spelen.  Only the most boring game ever!  Het is een spel dat is meegekomen van toen wij kind waren.  Echt, wie dit spel ontworpen heeft, die zouden ze op staande voet moeten ontslaan.  (Of een hele middag “De wolf en de 7 geitjes” laten spelen!)

Die kinderen op die foto op de doos zien er echt ge-entertaind uit, ik vraag me af hoeveel snoep ze hebben gekregen om tijdens dat spel zo geamuseerd te poseren.  Gelukkig kon Ilja zich vinden in mijn theorie over het saaiste spel ever en konden we vlug overgaan naar Memory waarbij ik genadeloos werd afgekuist.

Linus vond het dan weer geweldig dat zijn held thuis was.  Zo kon hij weer over brandweerwagens klauteren en duplo-politiekantoren afsabbelen.  Dat gaf mij meer ruimte om iets te doen in het huis zoals verder schrijven aan the neverendingstory met als titel: “de was”.  De voortdurende instroom aan vuile was proper krijgen en weer in de kasten deponeren.  Gelukkig vind ik dat nog een redelijk leuk werkje.  Er zijn andere taken waar ik liever een aapje voor zou inschakelen.   Iedereen kent dat wel zeker?

img_20160310_092540.jpg

Ik verschiet soms van Linus’ maat.  Hij moet nog 11 maanden worden.  De kleertjes van Hema vind ik de max.  Deze trui kocht ik nieuw toen Ilja baby was en werd al door 6 jongetjes gedragen.  Er is in mijn al- dan-niet-zo-kieskeurige-ogen niets aan te merken.  Kwijl, spuug en snot, dat gaat hier dagelijks terug in de wasmand dus best dat ik wat voorraad heb.

Komend weekend nemen we als koppel wat tijd voor onszelf om er daarna weer volle bak tegenaan te gaan met de kinderen.  Op naar de lente, echt wel!

Krokusverlof in woord en beeld

Er waren koekjes naar het recept van Annelies.  De superfood-produkten die ik vorig jaar bij Josie won kwamen nog goed van pas!  Supersimpel om te maken en een echte powerboost!

img_20160214_100850.jpg
Het koekendoosje kocht ik op een homesale.

 

Er was een armbandje voor ThinkPink.  Madame Stof zette deze verkoop op poten, chapeau!

img_20160214_101041.jpg
Nee, dank U voor de organisatie!

 

Er werd gesnoozed in bed met Linus.  Niet op tijd aan de schoolpoort moeten staan heeft zo zijn voordelen.  De blauwe pinguïn op de foto heb ik al bijna 5 jaar, ik gebruik hem massa’s veel, hij biedt net voldoende licht om te zien waar je trappelt en net te weinig licht om iemand wakker te maken.  Superding!

img_20160214_102625.jpg
Ondertussen zijn mijn wenkbrauwen eindelijk weer in orde, vreselijk als ze helemaal uit de kom groeien!

 

De oudste zoon werd in het werk gestoken.  Als je 4 bent kun je toch al eens helpen afdrogen vind ik.  Ik herinner me nog dat ik als kind samen met mijn broer moest afwassen, daarna mochten we de kookpot van de pudding uitlepelen op het trapje tussen de keuken en de living.

img_20160212_130825.jpg
Nog iemand waarbij het haar uit de kom lijkt te groeien!  De trui is oma-made btw.

 

Ik werd verwend door Danone, die ook de geheime aanbidder bleek te zijn.  Zalig zo’n ontbijtpakket!  Bedankt Danone en WalkieTalkie!  Het smaakte dubbel zo hard op zaterdagochtend na een nachtdienst!

 

Mijn lief bracht een doggybag mee voor mij (ik ben dan ook zijn bitch!) toen hij met vrienden ging uit eten naar Pizza Hut.  Gewoon het feit dat hij me een smsje stuurde “dat hij een stukje voor mij had meegenomen” maakte heel mijn avond goed.  Superlief.

img_20160214_100455.jpg
Ja, Pizza Hut is nu niet bepaald the real pizza zoals je hem bij de Italiaan eet, maar whatever, ik vind dat lekker!

Mijn zonen gaan sinds vorige week samen in bad.  Het is een waar spetterfestijn en het eindigt wel eens met een baby die omfloept of schuim in iemands’ ogen maar fun gegarandeerd!

 

img_20160205_175315.jpg

Hoe de dingen hier blijven rollen oftewel: “perfectionisme is een fucker”

Tijdens de eerste boostyourpositivity-campagne werd er al gevraagd hoe we alles laten bollen en toen schreef ik dit als antwoord.  Ondertussen zijn we bijna een jaar verder en is dat befaamde tweede kindje al bijna 9 maanden bij ons.  En hoe bolt (of rolt) het nu nog?  Vierkantig?  Laat ons zeggen: ovaal.  Het rolt niet zoals het vroeger deed maar ik vind het nog niet zo dramatisch.  De dagen gaan wel open en toe, dat kun je echt wel zeggen.  Maar ik deed enkele belangrijke aanpassingen waardoor het haalbaar blijft:

  1. Ik neem een voorsprong op de kinderen.
Ze worden rond 7u15 allebei wakker, meestal tegelijkertijd.  Moest ik gelovig zijn, ik deed elke dag een gebedje tot God, om hem te danken voor dit feit.  Mijn wekker staat (op vrije ochtenden) om 7u, als ik vroeger wakker word maak ik de keuze: soezen of meer koffietijd.  De koffie is mijn start van de dag, addict voor duust.  Ik probeer te douchen voordat ze wakker zijn (soms zet ik mijn tasje koffie op het bankje naast het bad).  Op de één of andere manier helpt dat om de dag vlotter te laten verlopen: zorgen dat ik klaar ben voor hen.  Hey, soms lukt het mij niet en spring ik pas in de douche als de kleinste zijn voormiddagdutje doet.
2.  Ik ben tevreden met minder.
  • Minder geld:  Ik koos voor poetshulp.  Twee keer per maand komt mijn Slavische poetsvrouw in stilte heel mijn huis kuisen.  Dat kost mij geld.  Maar ik krijg er veel voor in de plaats, dus ik vind dat goed besteed.  Ik werk 4/5e.  Als ik fulltime zou werken zou mij dat waarschijnlijk 250 tot 300 euro meer opbrengen (of misschien zelfs meer, ik weet het eigenlijk niet exact).  Maar ik zou ook (met mijn uurschema’s) mijn kinderen minder zien en die 300 euro mogen verdelen over mijn beide kinderopvangen.  Mijn pensioen, daar denk ik niet aan.  Dat is misschien niet slim, ik weet dat.  Maar misschien ben ik dan al dood, dat kan ook *insert dramatisch muziekje*.
  • Minder materiaal:  Ik doe niet aan hippe dingen.  Hippe dingen kosten tijd en geld.  De nieuwste boeken lees ik één of twee jaar na datum, ik leen ze in de bib (of ik vraag ze voor mijn kerst) Kleren koop ik in de solden.  Ook die zijn tegen dan niet meer hip.  Als ik echt iets nodig heb dan koop ik het wel tussenin, alleen als ik het echt nodig heb.  Voor de kindjes krijg ik heel vaak kledij van andere mensen -waarvoor dank-.  Er is niets aan die kleren als ik ze krijg, er is niets aan die kleren als ik ze doorgeef van mijn oudste naar jongste zoon.  Again: als ik iets nodig heb, dan koop ik het wel.  Als Ilja in één week tijd drie keer thuis komt met een gat in zijn broek (drie verschillende broeken welteverstaan), dan ga ik om nieuwe broeken, punt.  Ik shop weinig online.  Online shoppen doet mij veel te veel spenderen, vooral dingen die ik eigenlijk niet nodig heb.
  • Minder vrije tijd.  Ik probeer (zeg wel: probeer) om de dingen meer direct te doen.  Had ik dat gelezen in “Getting things done”? Ik weet het niet meer, het boek was al oud toen ik het las en ik heb het nooit uitgelezen omdat ik het niet zo leuk vond.  Maar alles wat ik in 5 minuten kan verwezenlijken doe ik zo goed als meteen.  De vaatwas legen om 22u terwijl ik eigenlijk aan het smachten ben naar mijn kopkussen, toch maar even vlug doen.  Zo krijg ik de volgende dag geen aanrecht vol vuile koffietassen.  De was ophangen om 7u ’s morgens, vlug even doen, dan kan ik dat misschien de volgende dag al in de kasten leggen.  Maar hey, soms staat mijn was een hele week droog naar mij te gapen.  Dat gebeurt ook.  En dan gaap ik terug.  Even droog.
img_20160113_192912.jpg
Er zijn ook gloriedagen waarop het wasrek leeg is. “Al komen die maar weinig voor…”

3.  Ik maak het mezelf gemakkelijk

  • Samen met de poetshulp werd ook Collect And Go weer ingevoerd.  Ok, dat is online shoppen, maar ik maak een boodschappenlijstje en volg dat gewoon terwijl ik de bestelling doe.  De kostprijs van het klaarzetten (5,50 euro) heb ik er voor over.  Heel vaak heb ik ook ergens een bon gevonden die die kost wegneemt.  Of ik bestel ineens het dubbel aantal cola zero-blikjes dan ik normaal doe “omdat je dan geen servicekost betaalt”, ik weet dat dat extra kosten en marketingtrucs zijn: jazeker, maar die blikken drinken we sowieso, als het niet deze maand is, dan wel de volgende maand. (en voor iemand zegt: blikjes kosten veel meer dan grote flessen.  In ons geval niet, grote flessen gieten we na een halve fles leeg omdat er geen gas meer op zit)
  • Het weekmenu werd ingevoerd (oeh, ik ben toch een beetje hip!).  Ik probeer één keer per week te winkelen om alle ingrediënten voor één week (of vijf dagen, afhankelijk van mijn uurrooster) te voorzien.  Vreemd genoeg spendeer ik sindsdien veel minder geld.  Die kleine, tussentijdse boodschappen zijn de dooddoeners voor het budget.

4.  Ik stel nog steeds geen verwachtingen of eisen, niet naar mezelf, niet naar anderen rond mij.

Ik weet wat ik aankan en wat niet.  Voor de komende periode heb ik mezelf voorgenomen om niet meer van Dinner Party te doen.  Vroeger was ik de eerste om te zeggen “kom gerust bij ons eten, ik maak wel iets klaar”.  Het gebeurt nog, maar ik zeg er meteen bij “het zal een simpele spaghetti zijn” of ik hou het op verse pistolets met beleg.  Soms nodig ik mensen uit voor koffie met taart.  Het samenzijn is voor mij nog steeds het belangrijkste.  Dinner Party betekent twee dagen op rij: tussen babydutjes door gaan winkelen, menu’s ontleden, tafels opslaan, zien dat je geen tafellakens meer hebt, nog eens gaan winkelen voor de dingen die je vergeten bent, enigszins het huis toonbaar proberen te krijgen, kortom: allemaal dingen waar ik weinig tijd voor heb.  Ik noem dat: prioriteiten stellen.  Als ik uitgenodigd ben door andere mensen dan verwacht ik ook geen tralala.

5.  Het huishouden is een neverevendingstory.  Ik leg mij daar zo goed als mogelijk bij neer.

Natuurlijk vloek ik ook wel eens als ik na het eten mijn keuken bezie.  Of als ik de dag nadat de poetshulp is gekomen alweer een vol vuilblik kruimels in de vuilnisbak gooi.  Ik murmel wel eens als ik kleren in de wasmand gooi en die gewoon terug op de grond vallen omdat er geen plaats meer in is.  Als ik hoopjes strijk van de ene naar de andere kant leg godver ik ook.  In tegenstelling tot wat sommigen denken ben ik niet altijd zen en chill en relax.  Maar soms laat ik de boel de boel en doe ik alleen wat het dringendste is.  Het komt wel in orde.

6.  Slaap is van groot belang.  Slaap is de sleutel tot een goeie dag.

Ik probeer op tijd te gaan slapen.  Het helpt dat ik (of wij) weinig tot niet moet(en) opstaan voor de kinderen (auch, jinxed it!).  Meestal val ik in slaap in de zetel.  Ja, soms is dat al om 21u.  Dat is niet zo fijn, maar de televisie heeft echt dat effect op mij, ik val weinig tot niet in slaap achter mijn laptop of met mijn boek in mijn hand.

7.  Als er weinig tijd is kies ik niet tussen leuk en leuker.  Ik ga voor leuker.

Zo vind ik het heel leuk om blogs te lezen en te reageren.  Het geeft me vaak inspiratie om zelf iets te schrijven.  Voor dit postje haalde ik de inspiratie hier.  Maar schrijven vind ik nog leuker, dan kies ik om zelf iets te posten en het lezen bij anderen eens niet te doen.  Zie ik jullie daarom minder graag?  Ba neen.  Ik zie jullie allemaal nog graag.  Ik kom wel terug lezen en commentaar spuien, als ik tijd heb 😉

Ander en beter!

Jawel!  It’s happening!  Wat je hieronder zult kunnen lezen is een unicum in mijn blogbestaan: ik ga een recept delen!

Gisterenavond “had ik volk”.  Zo noemen wij dat hier op streek, “ik heb volk”, lees: ik maak eten voor een bende vrienden en dan aperitieven we samen, tafelen en tateren erop los terwijl ik honderd keer naar mijn keuken loop om vanalles te halen en extra drank te voorzien, het gesprek onderbreek om te roeren in iets dat aan het opwarmen is, stress omdat ik mijn frigo niet meer dicht krijg en mijn keuken zich ontpopt tot een verzamelplaats voor afwas die ik niet meer in de machine gepropt krijg.

Zoals weinigen weten volg ik soms een kookles bij KVLV – voor vrouwen met vaart!  De boerinnenbond noemen ze dat ook wel.  Je mag eens fronsen, dat is ferm leuk daar in die boerinnenbond, ze doen daar tenminste normaal en ik voel me al eens slim als ik wèl weet wat Rice Krispies zijn in tegenstelling tot de oudere generatie boerinnen.

Maar gow, het recept. “Witte Chocoladetaart”.  Oh yes, ik koos voor vetzakkerij. (of course, my dearest).  Bij Haaike had ik gelezen over een kookboekenweek ,het  sprak mij wel aan, dus ik nam mijn laatste kookboek “Taarten Zonder Oven” erbij voor het dessert.

De ingrediëntenlijst:

wpid-img_20151023_085821.jpg
In mijn geval is de ingrediëntenlijst hetzelfde maar ik vergeet de limoen.

Bereiding:

“Hak de noten fijn.  Smelt de suiker in een pannetje.  Voeg de boter toe en meng met de muesli en noten.  Verdeel het mengsel over een met bakpapier bedekte springvorm en strijk glad.  Laat afkoelen en opstijven.”

So far so good.  wpid-img_20151024_084116.jpg

Muesli gemengd met noten en gesmolten suiker ziet er alvast zo uit.  Zorg dat je een stevige lepel hebt want het is een stevig goedje om door te malen.

We gaan verder met het recept:

wpid-img_20151023_085821.jpg

wpid-img_20151024_084037.jpg
grof hakken gaat vlot met een gigantisch mes!

Uiteraard ging het veel te goed.  Terwijl mijn room op het vuur staat en ik de perfect grof gehakte chocolade erin probeer te smelten gebeurt er iets met mijn geduld.  Het wordt op de proef gesteld.  Ik verhoog het vuur.  Draai me om en 5 minuten later zie ik het volgende in die kom:

wpid-img_20151024_155444.jpg

Zwarte brokken.  Inderdaad: aangebrand.  Ik doe er niet om, echt niet.  Ik giet het hele goedje in het toilet.  Even later ruikt het daar alsof een chocoladefiguurtje zijn gevoeg deed.

wpid-img_20151024_084159.jpg
En tof dat dat is, zo’n aangebrande kom uitkuisen! Echt zo tof.

Een uur later pek ik terug naar de winkel om een nieuwe voorraad witte chocolade en room.  Ahja, mijn bodem was al mooi klaar, ik ging nu ook niet meer veranderen van dessert.

Wanneer ik klaar ben ziet mijn taart er zo uit.  Het ding in de frigo mikken zonder morsen is geen sinecure maar het is gelukt!

wpid-img_20151024_084330.jpg

Eind goed al goed….

In KVLV-land toch….

Na zeker 7 uren opstijven serveer ik de taart aan “mijn volk”.  Ik haal het bakpapier eraf en kan ze redelijk goed op een plateau leggen zonder dat ze uiteenvalt.  Heel goed zelfs, de bodem is echt stevig.

Stevig is echter een understatement.  Ze is in feite beenhard!  Ik haal wederom mijn gigantisch mes uit en kan ze in stukken snijden.  Dat het mes een wapen is en je er zonder moeite een oor mee kan verwijderen zeg ik maar eens terloops erbij want met een gewoon Ikea-mes was mijn muesli-bodem niet te doorboren.

wpid-img_20151024_163400.jpg
mijn taart zag er niet zo uit -neen- en dat lag niet aan het feit dat er geen zeste van limoen op was gestrooid…

 

Zo hard de onderkant was, zo zompig was de bovenkant.  Eén grote zompige witte chocolademassa.  Ik moest bijna lepeltjes uitdelen omdat ze niet eetbaar was met een vork!

Wat kan ik zeggen…een foodblog zal het hier wellicht nooit worden.

De chef-kok die deel uitmaakte van “het volk” (ja echt, zo’n dingen kom ik dus altijd tegen als er een chef-kok aanwezig is aan tafel) wist me te vertellen dat ik de room waarschijnlijk wederom te warm had laten worden en zo de structuur van de chocolade en de mascarpone verkakte waardoor het opstijven mislukt is.  Tjah…koken is een beetje scheikunde zeker?  En laat dat nu niet bepaald mijn beste vak geweest zijn…