400 dagen #Linuslove
“Onderweg naar Frankrijk”, dat stond deze voormiddag gepland in mijn bullet journal. Drie daagjes op bezoek bij de kasteelvrouw en haar gezin, proeven van de Franse zomer, bijpraten. Ik heb het gisteren afgebeld. Linus is niet in zijn sas. Al enkele weken is hij een wispelturig rakkertje met een gigantisch gevoel voor slechte timing. Niettemin blijft het een geweldig manneke met de meest aanstekelijk lach.
Ik noem hem regelmatig “Wallace” van Wallace and Gromit, met zijn dikke kaakjes ziet hij er net zo uit als hij lacht.

Nu hij net 15 maanden is geworden is het steeds meer duidelijk aan het worden dat we met een stevig karaktertje te maken hebben. Die jongen weet wat hij wil. De weg om het te bekomen is niet altijd duidelijk voor ons, maar hij gaat er volle bak voor. Mijn echtgenoot zegt dat hij mijn karakter heeft, ik weet het niet zo goed. Ilja heeft wel zijn papa’s karakter, daar zijn we ondertussen ook wel al uit.
Uiteraard is alles interessant, alles behalve het aangeboden speelgoed. Zo is het superleuk om de salontafel te beklimmen om van daarop de zetel te bereiken. Het lukt nog niet altijd even goed, maar stoelen, de poef, de schommel en de glijbaan, die vormen al geen uitdaging meer. Het zwembad in Center Parcs was dan weer een fantastische uitlaatklep voor hem, toch moesten we ogen op ons zwemgat hebben, hij deed stoten waar zelfs vreemde mensen stonden van te kijken, recht voor onze ogen. En wij maar achtertjoolen om te voorkomen dat hij nog maar eens met een bloedlip of een bult op zijn voorhoofd eindigt.
Sociaal is hij wel. Hij zal niet direct in iedereens’ armen springen maar als je op zijn hoogte gaat terwijl hij op de grond zit heb je meestal wel touche! Hij kent ook geen schaamte om bij vreemde mensen eten te gaan schooien. Een dame die een koekje uitdeelt in het park aan haar kinderen, een papa met een ijsje, hij heeft het altijd gezien en kruipt er volle bak en met een verbeten blik naartoe. Met zijn twee ankerende handjes zit hij voor ze en als ze eventjes niet kijken zou hij het zelfs gewoon uit hun handen durven trekken. Boefbeerken.
En stappen? Neen, nog steeds niet. Misschien heeft dat wel met zijn frustratie te maken, al komt hij overal waar hij wil zijn, als het niet al kruipend is dan conduirt hij zijn moeder wel om hem te brengen.Of hij doet het op zijn eigen manier:
Ik moet het niet rooskleuriger voorstellen dan het is: we maken momenteel een moeilijke periode door met hem. Hij kan nog niet praten behalve: mama, papa, poesje (elk dier dat enigszins op een poes gelijkt), jaja (Ilja), en Boele (de hond van mijn schoonouders, dat is een uitzondering op de poesjes-regel). Dus duidelijk maken wat er scheelt is niet simpel. Om de één of andere mysterieuze maar helse reden weent hij heel veel als we in de auto zitten. Een rit van 100km kan drie kanten uitdraaien: hij valt in slaap (zalig! boeken lezen! rond je kijken! niksen!) hij blijft wakker maar is content rond zich aan het kijken of hij beurelt de 100km bij elkaar. De laatste twee weken is het echter altijd het laatste geweest. Als we op voorhand incalculeren dat naar Frankrijk rijden zo’n 3 tot 4 uur in beslag neemt en hij maximum 2 uur aan een stuk slaapt overdag, dan hebben we nog steeds kans op 2 uren getier in de auto. Mijn linkerschouder doet nu al pijn van telkens zijn voetjes te pakken, beertjes aan te bieden, een flesje water 100 keer op te rapen terwijl hij op de achterbank ongelukkig zit te wezen en zichzelf zowaar uit zijn autostoel tracht te maneuvreren. In Nederland vorige week ben ik gewoon gestopt achter een tuutje in de winkel voor hem in de hoop dat hij daarmee misschien rustig zou kunnen zijn, maar zoals ik reeds schreef hij wil het absoluut niet, hij weigert zelfs om het in zijn mond te steken.
Deze ochtend gingen we naar zee, hij was lekker rustig in de auto, amuseerde zich in het zand en wou graag stappen aan de handjes. Bij terugkeer is hij in slaap gevallen, we genieten van de momenten waarop het geen gestresseerde boel is en we eens gewoon naast elkaar kunnen zitten op een dekentje zonder dat iemand zich over Linus ontfermt of hem achterna zit. Tijdens de lastigere momenten lachen we veel weg. We weten ook wel: alles gaat voorbij, ook deze periode waarin hij zo grappig klein is. En ook dit zal ik missen.
Aan de andere kant: het is een manneke in volle groei, hij kan heel vrolijk zijn en komt regelmatig knuffelen. Zijn Wallace-lach is om bij te smelten en zijn bruine kijkers kunnen iedereen verleiden. Hij heeft een wijzend vingertje waarmee hij alle speciale dingen in de wereld aanduidt. Want hey, een vogel in de lucht, een blaadje aan de bomen of voor het eerst echt de zee zien: dat blijft iets speciaals. Net als hij.
Ik schreef 100 dagen geleden ook een update-post, ook 200 en 300 dagen geleden was er zo’n postje.